Molen De Roosdonck, Nuenen

Nuenen, Noord-Brabant
b

korte karakteristiek

naam
De Roosdonck
modeltype
Ronde molen, beltmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Het malen van graan, thans op vrijwillige basis

adres
Gerwenseweg 2
5674 SG Nuenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
fietsroute
fietsroute in de buurt van De Roosdonck via fietsnetwerk.nl
Ten Bruggencate-nr.
02604
oude dbnr.
B568
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 02604 De Roosdonck (Nuenen)
Mario Collombon (13-6-2020)

locatie

plaats
Nuenen
plaatsaanduiding
gemeente
Nuenen, Gerwen en Nederwetten, Noord-Brabant
kadastrale aanduiding
Gemeente Nuenen, sectie B, nr. 4342
geo positie
X: 166349, Y: 388121
N: 51.48202, O: 5.55058
biotoopwaarde
4 (aanvaardbaar)
landschappelijke waarde
Zeer groot; markant gelegen aan de noordzijde van Nuenen; aan de dorpszijde zijn er bomen die voor windbelemmering zorgen.

contact en bezoek

bezoek/postadres
Gerwenseweg 2
5674 SG Nuenen
molenaar
Mario Collombon
telefoon
06-4515 4564
social media
open voor publiek
ja
open op zaterdag
ja
open op zondag
nee
op afspraak
ja
openingstijden
toegangsprijzen
winkelinformatie
Diverse meelproducten
meelverkoop
ja
museuminformatie
gericht op scholen
nee
bijzonderheden
Zaterdags geopend van 10.00 - 15.00 uur

constructie

modeltype
Ronde molen, beltmolen
krachtbron
wind
functie
romp
Ronde stenen molen
kap
Gedekt met dakleer
inrichting

Eén koppel 17der blauwe en één koppel 17der blauwe stenen met kunstoplage; buil; sleepluiwerk.

versieringen

Eenvoudige baard, wit geverfd, donkerrood afgebiesd, met in grote letters 'de-Roosdonck'

Sluitsteen boven de toog van de invaart met daarop de jaartallen '1884' en '1971'.

plaats bediening
beltmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
kruiwerk
Engels. Kruilier (met staartrol tegen muurwerk).
vlucht
26,00 m.
vang
Vlaamse vang; 4 scharnierende stukken. Vangbalk met haak; vangtrommel. Pal.
overbrenging

Bovenwiel 49 kammen
Bovenschijfloop 25 staven
Spoorwiel 76 kammen
Steenschijfloop blauwe steen met kunst'oplage' 30 staven
Steenschijfloop 17der blauwe steen 27 staven
Overbrengingsverhoudingen 1 : 4,98 / 1 : 5,5

hoogte
van de belt: 4,00 m.
wiekvorm
Oud-Hollands
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
media-bestand
Roede 84, Derckx
Derckx
✉︎ 84 binnen 1972 1972 binnen aanw. 26,00
media-bestand
Roede 83, Derckx
Derckx
✉︎ 83 buiten 1972 1972 buiten aanw. 26,00
Pannevis ✉︎ g.n. binnen 1876 1884 binnen 1971 26,00
media-bestand
Roede g.n., Pannevis
Pannevis
✉︎ g.n. buiten 1876 1884 buiten 1971 26,00
wiekverbeteringen

Deze molen heeft, toch wel opmerkelijk voor Brabant, nooit een wiekverbetering gehad.

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
Enthoven & Co, L.I. ✉︎ 141 1856 1884 aanw. 05,23
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
werkend
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Het malen van graan, thans op vrijwillige basis

molenmaker
Antonius van Himbergen, Eindhoven (1884) Fa. Adriaens, Weert (1971/73)
omwentelingen
eigendomshistorie

Sinds 1995 is Hennie Merks eigenaar, eerder was dat vanaf 1970 de gemeente Nuenen. Noud Merks, vader van bovengenoemde Hennie, was daarvoor eigenaar.

geschiedenis

De molen is in 1884 in opdracht van Marcellus van den Eijnden uit Dommelen gebouwd door Antonius van Himbergen uit Woensel (Eindhoven).
Het is een andere molen geworden dan voorzien: Van den Eijnden had in juli 1883 een stuk grond gekocht om daar een stenen stellingmolen te laten bouwen. Nadat in augustus 1883 met het werk was begonnen, voltrok zich op 17 oktober een ramp: de op dat moment ruim vijftien meter hoge romp stortte in. Hierbij kwam de 18 jaar oude metselaar Martinus Swinkels om het leven, enkele anderen raakten ernstig gewond. De oorzaak zocht men in het gebruik van ondeugdelijk materiaal.

Vervolgens viel het besluit, een iets andere, lagere, molen te bouwen: dat werd de ronde stenen beltmolen die er nog altijd staat. Het ruimen van het puin en de bouw van de nieuwe molen moeten zich snel hebben voltrokken, want op 13 augustus 1884 was deze molen maalvaardig.

Bij de bouw maakte Van Himbergen, zoals hij vaker deed, gebruik van slooponderdelen van elders en inmiddels is bekend waar de voornaamste onderdelen in Nuenen vandaan zijn gekomen: kap, bovenas, roeden, bovenwiel en -bonkelaar zijn afkomstig van de in 1883 gesloopte molen van de polder Oud-Schuddebeurs te Simonshaven (ZH).
Op zich is dit opmerkelijk: de molen te Simonshaven was aanzienlijk kleiner dan 'Nuenen' en tot de dag van vandaag valt dat van buiten op door de zeer slanke romp met daar bovenop de tamelijk kleine kap. De roeden, fabricaat Pannevis en in Simonshaven 22,80 meter lang, werden in Nuenen met houten stukken van 1,80 meter verlengd, zodat de vlucht op maar liefst 26,40 meter uitkwam. In de praktijk heeft de molen in Nuenen met dat wiekenkruis tot diep in de 20ste eeuw gefunctioneerd. 

In 1887 verleende de gemeente vergunning om de molen geschikt te maken voor het olieslaan. Van den Eijnden kocht daartoe bij zijn Heezer collega Van Asten twee slagheien met toebehoren en een tweetal kantstenen uit diens oliemolen aan de Leenderweg (St. Victor). Het oliewerk bevond zich op de begane grond van de molen en was tot 1930 in gebruik, waarna het werd verwijderd.
Inmiddels was in 1898 Hendricus Merks, afkomstig uit Boxtel, eigenaar van de molen geworden. Later ging de molen over naar zijn zoon Arnoldus Martinus, beter bekend als Noud Merks.

Na 1945 verhuisde het Engels kruiwerk van de door oorlogsgeweld onherstelbaar beschadigde molen op het Hoogeind te St. Oedenrode naar Nuenen.
In 1959 kwam De Roosdonck buiten bedrijf, waarna zwaar verval intrad.

Om de molen te kunnen behouden, kocht de gemeente Nuenen in 1970 de molen aan. Eind 1971 werd de (kort daarvoor ingestorte) inrijpoort hersteld; daarna kwam de molen zelf onderhanden. In 1972 werd volop aan de molen gewerkt. 
Op 25 augustus 1973 werd de molen feestelijk in gebruik genomen. In de daarop volgende jaren liet oud-eigenaar Noud Merks De Roosdonck, zoals de molen nu heette, regelmatig draaien.
Later werd Merks' taak meer en meer overgenomen door vrijwillige molenaars en van lieverlee werd er niet alleen gedraaid, maar ook gemalen. Belangrijk was hierbij Piet Berkers: met zijn grote technische kennis heeft hij veel voor deze molen (en ook andere molens) kunnen betekenen. Helaas overleed hij - veel te vroeg - in 2003.

In 1995 was weer behoefte aan herstel: de gehele staart, dakbedekking en al het houtwerk van het gevlucht werden vervangen. Tevens werd de kap, als eerste in de omgeving, voorzien van een dakgoot om de problemen van vochtdoorslag op de stenen romp tegen te gaan.

Wat het eigenaarschap betreft had zich intussen iets opmerkelijks afgespeeld: de molen was weer in particuliere handen overgegaan. Henny Merks, zoon van Noud, werd de nieuwe eigenaar en ook werd de Stichting "Vrienden van De Roosdonck" opgericht om - middels verschillende sponsoren - de nodige gelden bijeen te brengen voor het onderhoud van de molen.

In het voorjaar van 2004 besloot men de molen in de sobere kleurstelling die lang geleden was toegepast te schilderen. De zeer brede witte banden op de romp, op zich heel kenmerkend voor deze molen, waren al in 1995 weggelaten omdat ze steeds erg snel verweerden en het schilderen niet bij te houden was.
Een elektrisch aangedreven koppel stenen dat in de onderbouw was geplaatst, heeft men later verwijderd en verkocht aan Woudrichem.

In het late najaar van 2019 werd de bijna 25 jaar oude staart opnieuw vervangen en wel op aparte wijze: voor de staartbalk en lange spruit gebruikte men de oude (gelaste) roeden van De Zandweg te Rotterdam. Het hergebruiken van oude roeden voor andere onderdelen kwam vooral in Brabant in vroeger tijd zeer veel voor en men heeft deze traditie hier nieuw leven ingeblazen.

In mei 2022 stond de molen tijdelijk zonder roeden: deze waren gestreken om te worden nagekeken maar het ging vooral om vervanging van de ruim 25 jaar oude ophekking. Het werk vlotte goed: al op 2 juni werden de roeden opnieuw gestoken en kort daarna draaide de molen weer.
Op 20 augustus volgde de officiële ingebruikname door locoburgemeester Ralf Stultiëns. 

Over de roeden van deze molen nog meer: zoals al vermeld was deze molen vanouds uitgerust met veel te korte Pannevis-roeden (uit Simonshaven), die met houten stukken waren verlengd. Deze waren, toen met de grote restauratie werd begonnen, nog altijd in die vorm aanwezig. Evenwel koos men in 1972/73 voor nieuwe gelaste roeden, nu met een lengte van 26,00 meter. Deze waren daarmee flink zwaarder dan de vroegere constructie en dat bleek al snel: bij het proefdraaien dompte het gevlucht en sloeg tegen de romp. Sindsdien is de bovenas aan de achterzijde met ijzeren platen verzwaard.
Die Pannevis-roeden had men intussen verkocht aan de toenmalige eigenaar van de molen aan de Boschdijk te Acht (Eindhoven). Deze liet ze daar echter niet steken, maar verkocht ze door naar Baexem (Lb.). Daar dienden zij, inmiddels met ijzeren bussen tot 25,30 meter verlengd, tot 2005 standerdmolen "Aurora".
Eén complete roede wordt vanaf 2005 bij de molen in Baexem bewaard, een stuk van ca. 4 meter lengte van de andere roede keerde terug naar Nuenen en is daar in gebruik genomen als soort van lichtbalk.
Intussen moet worden geconstateerd dat de in 1973 gestoken Derckx-roeden de 50 jaar gehaald hebben en, omdat zij net zijn nagekeken en weer gestoken, is aan te nemen dat zij nog heel lang mee zullen gaan.

aanvullingen

toelichting naam

"De Roosdonck" verwijst naar het gebied waarin de molen staat, de Roosdonken. De naam is in 1971 bedacht door toenmalig molenaar / oud-eigenaar Noud Merks. Daarvoor sprak men wel van 'de molen van Merks'.

literatuur

J.S. Bakker, De Molen van Oud-Schuddebeurs binnen en buiten verband, in: Molinologie 54 (2020), pp. 28-42.
Louis Bressers, "De Roosdonck Nuenen". Nuenen 2023.

foto's

foto's