Molen Westbroekpolder, Zuidbuurtse molen, Zoeterwoude

Zoeterwoude, Zuid-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Westbroekpolder, Zuidbuurtse molen
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
restant
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01158
oude dbnr.
V330
Meest recente aanpassing
| Algehele revisie gegevens
media-bestand
Molen 01158 Westbroekpolder, Zuidbuurtse molen (Zoeterwoude)

Ansichtkaart, serie 20, nr 4, coll DVM

locatie

plaats
Zoeterwoude
plaatsaanduiding
Zuidbuurtseweg 51, 2381 LG, aan de Zuidbuurtsche Watering.
gemeente
Zoeterwoude, Zuid-Holland
streek
Rijnland
geo positie
X: 94407, Y: 458820
N: 52.11429, O: 4.50258

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting

Voorheen scheprad 5,80 m Ø

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
vlucht
24,30 m
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
Pot ✉︎ 1244 buiten 1880 1990 buiten 1940 24,30
Pot ✉︎ 1224 binnen 1880 1900 binnen 1940 24,30
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
restant
bouwjaar
verdwenen
onttakeld
geschiedenis

Dit is de molen van het deel 'Westbroek' van de 'Oost- en Westbroekpolder' onder Zoeterwoude, een polder met twee schepradmolens.

1900: Deze molen werd in 1900 gebouwd ter vervanging van een toen afgebroken wipmolen. In mei 1899 bleek dat herstel van de oude molen ƒ 2280,= zou gaan kosten. Een delegatie van het polderbestuur ging echter bij molensloper J.B. Thobé in Dordrecht op bezoek, en kocht daar een gebruikte achtkante molen voor ƒ 900,=. Waarschijnlijk was de molen voordien één van de molens van de Nieuwkoopse Droogmakerij (dbnr. 8125), waarmee Thomé ondermeer in 1898 in De Molenaar adverteerde. De geteerde wipschepradmolen werd daarom vanaf 14 april 1900 wegens slechte staat afgebroken, en vervangen door de achtkante molen. 

Omdat de achtkante molen groter was moest de fundering worden vergroot, de totale kosten werden begroot op ƒ 4970,=. In de zomer van 1899 werden de molenonderdelen door Kees van Heteren vervoerd naar zijn timmerwerkplaats aan de Weipoortseweg en opgeslagen bij de buurman, 's winters werd de molenromp pasklaar gemaakt. Vanaf 14 april begon de sloop van de wipmolen, het aanpassen van het metselwerk, de wielbakken en de pothuismuur. Verder werden de oude wipmolenroeden verlengd en het erf opgehoogd met gebruik van de oude stijlen als beschoeiing. In het najaar van 1900 was de molen gereed en bleek de operatie bijna ƒ 6000,= te hebben gekost.

Het scheprad had een diameter van 5,80 m. De waterlopen waren (zijn?) merkwaardig geconstrueerd: het water liep min of meer in een S-bocht onder de molen door.
Op de kadasterkaart 1811-1832 is te zien dat dit ook bij de wipmolen al het geval was. Volgens Middeleeuwse watermolens in Hollands polderland, A. Bicker Caarten, 1990, had deze constructie ten doel het water in de stroomrichting van de watering uit slaan om de tegenoverliggende kade te sparen.

De molen werd in 1932 onttakeld.

In de jaren '70 is wel gesproken over completering tot molenromp met wieken en elektrische of diesel-hulpbemaling, maar later is er weinig meer over gehoord. Wèl is dit molenrestant in prima staat en wordt ook goed onderhouden.

Bronnen ondermeer:
- Middeleeuwse watermolens in Hollands polderland, A. Bicker Caarten, 1990.
- Suetan 2008 nr. 150, orgaan St. Oud Zoeterwoude.
- De molens van de Oost- en Westbroekpolder (3), art. door Jan van Gent in Suetan nr. 154, nov. 2009
Beide verzameling H. van der Kaay.

zie ook artikel: Molenwereld, nr 151 sept 2011 blz 312 tm 317

nog waarneembaar

Woonhuis in molenromp

aanvullingen

wetenswaardigheden

Toevoeging over de restauratieplannen in de jaren '70:

In de vergadering van het dagelijks bestuur van de Rijnlandse Molenstichting van februari 1975 werd melding gemaakt van de aanvraag van een sloopvergunning voor de molenromp van de voormalige Westbroekpolder.

Na een discussie werd besloten om te gaan onderhandelen met de eigenaren van de romp om deze te kopen of om deze op een later tijdstip te laten restaureren of voor andere doeleinden te gebruiken. In oktober van dat jaar werd door Gerrit Keunen (adviseur en werkzaam bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg) een ontwerp gemaakt voor de restauratie van de molen (aanwezig in het archief van de RMS). In dit ontwerp zou de molen ook weer kunnen malen en bij windstil weer zou een motor de bemaling overnemen. In het ontwerp kon de molen goed bewoond blijven.

Ondanks deze inspanning werd in de vergadering van het dagelijks bestuur van 25 november 1976 medegedeeld dat de onderhandelingen niet tot een bevredigend resultaat hadden geleid. Het was waarschijnlijk niet mogelijk om overeenstemming over de prijs te bereiken en de onderhandelingen werden voorlopig gestaakt.

In de vergadering van 2 juni 1977 blijkt dat de eigenaar het huisje wil verbouwen. Iemand van het bestuur gaat daarom met de gemeente Zoeterwoude contact opnemen. Of dit verband houdt met het plaatsen van de molenromp op de gemeentelijke monumentenlijst is niet bekend, maar in september komt via de Leidse Courant het nieuws naar buiten dat de molenromp de vijfde Zoeterwoudse molen is met de status van monument. Op 6 oktober van dat jaar blijkt dat de eigenaar de molenromp nog niet heeft verkocht. Bestuurslid Peter Mans van de RMS heeft nog contact met de eigenaar en weet dat deze er misschien zelf wil gaan wonen. Ondanks de monumentenstatus had de stichting nog steeds interesse in overname van de molenromp.

Op 26 april 1978 wordt in de bestuursvergadering melding gemaakt van een nieuwe eigenaar van de molenromp. Het lijkt erop dat daarna geen aandacht meer wordt geschonken aan de molenromp en de restauratieplannen raken in de vergetelheid.

Informatie van Bart Vermeulen, 23-02-2024

 

foto's

foto's