Molen De Kerfbijl, bijgenaamd Het Eendenhok, Zaandam-West

Zaandam-West, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Kerfbijl, bijgenaamd Het Eendenhok
modeltype
Paltrokmolen
functie
zaagmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06670 e
oude dbnr.
V3528
Meest recente aanpassing
| Conversie

locatie

plaats
Zaandam-West
plaatsaanduiding
tussen Westzijde en Vaart, achter het niet meer bestaande Ossepad
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
geo positie
X: 115994, Y: 495524
N: 52.44610, O: 4.81348

constructie

modeltype
Paltrokmolen
krachtbron
wind
functie
inrichting
als wagenschotzager of als balkenzager
plaats kruiwerk
onderkruier
kruiwerk
onderkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
Het bouwjaar van De Kerfbijl is nog niet gevonden. De molen werd voor het eerst aangetroffen op een lijst uit het jaar 1726, die werd opgesteld door drie heren die een schaatstocht maakten door de Zaanstreek. Zij noteerden van iedere molen de functie en haar eigenaar. Tijs Jansz Noomen werd als eigenaar van de Kerfbijl genoemd, hij was de broer van Cornelis Jansz. Noomen van molen De IJpenboom (Tenbruggencatenummer 06395 c). Daarom was het overpad naar De Kerfbijl over het pad van De IJpenboom geen probleem en ook niet contractueel vastgelegd. In tegenstelling tot wat Pieter Boorsma schrijft, werd de Kerfbijl bij de wagenschotzagers ingedeeld.

De molen de Kerfbijl werd mogelijk gekozen door de bouwer (vermoedelijk Cornelis Jansz Noomen) als verwijzing naar de bekende houthandelaar Cornelis Jansz Kerfbijl (1597-1661) in Amsterdam. Hij weigerde om zijn grond te verkopen op de Herenstraat 368. Hier zou een heel nieuw complex aan nieuwe gebouwen komen. Uiteindelijk werd zijn huis ombouwd/ingeklemd tussen de andere grotere gebouwen. Hierdoor lijkt het ten opzichte van het geheel nu een ‘klein’ huis, dat minder goed opvalt dan de rest die eromheen is gebouwd. Dit lijkt op De Kerfbijl, die de nogal denigrerende bijnaam Het Eendenhok kreeg in de volksmond.
Over de bijnaam van de Kerfbijl schrijft Pieter Boorsma in zijn boek “Zaanse Windmolens”: “de Kerffbijl off d'Hok. Ook weer een eigenaardige bijnaam, waarvan zonder nadere gegevens, geen verklaring is te geven. “Hak”, zou meer geëigend zijn en evenzoo “Huks” of “Aks”, oude benamingen voor hakbijlen”. In zijn molenbijbel “Duizend Zaanse molens” noemt hij als bijnaam van de Kerfbijl, “het Eendehok”, Buijs noemt in zijn geschrift, de molen “het Eendehokje”, wat weer afkomstig is van de Schaatsenrijderslijst uit 1726. Maar het kan dus ook zijn dat de bijnaam was gebaseerd op de geringe afmetingen van de molen.

Thijs Jansz Noomen (1685-1727) overleed jong. Zijn zoon Jan Thijsz Noomen (1721-1783) van Aafje Claas Stoffels (zus van de tweede vrouw van zijn broer Cornelis Jans Noomen) was toen ongeveer vijf jaar. Diens oom Cornelis Jans hield daarom vermoedelijk De Kerfbijl in bedrijf tot zijn neef oud genoeg was om over te nemen, naast zijn eigen zware / extra sterke molen de IJpenboom. Mogelijk deed hij dit samen met o.a. Cornelis Cornelis van Veen, die achtervang en familie was. Op 19 april 1728 werd de molen beschreven in het testament van Aafje Stoffels, weduwe van Thijs Jansz Noomen. Hij werd daarin genoemd als een nieuwe zaagmolen, genaamd de Kerfbijl. Dit doet vermoeden dat de molen niet lang voor 1726 werd gebouwd.

Op 21 oktober 1732 verkochten de voogden van de minderjarige kinderen van Thijs Jansz Nomen "een partij houtwaeren … leggende in de molenbuurt … bij de molen genaemt de Kerffbijl".

Jan Thijsz Noomen (1721-1783), de minderjarige zoon van Thijs Jansz, werd de eigenaar van De Kerfbijl toen hij oud genoeg was, en verkocht de wagenschotzaagmolen De Kerfbijl vrijwel direct.
De Kerfbijl ontkwam niet aan de economische malaise die er halverwege de achttiende eeuw heerste. Doordat de Engelsen omstreeks 1740 zeer hoge invoerrechten gingen berekenen voor bewerkt hout, was het niet meer lonend om gezaagd hout naar Engeland te exporteren. Dat 12 jaar later ook nog eens een invoerverbod van gezaagd hout naar de Zuidelijke Nederlanden werd aangekondigd, betekende de doodsklap voor de wagenschotzagerij. De balkenzagerij wist zich naderhand te herstellen van de klap. Binnen een tijdsbestek van 30 jaar verdwenen er meer dan 100 houtzaagmolens uit de Zaanstreek, ook De Kerfbijl was hierbij.
Jan Thijs Noomen mocht in 1746 op zijn 25e zelf contracten tekenen, en kon hierdoor zelf beslissen over De Kerfbijl. Op 5 februari 1746 werd de molen uit de brandverzekering geschreven, omdat hij voor sloop was verkocht. De molen was door molensloper Lourens Hooglander gekocht voor een bedrag van ƒ 525. Hij noemt de molen "de Kerffbijl off d'Hok". Hooglander sloopte de molen niet, maar verkocht hem voor 587 gulden en 10 stuivers door aan collega-molensloper Klaas Rol, die hem neerhaalde.

Een paar maanden later trouwde Jan Thijsz Noomen met Trijntje Gerrits Kuiper, van wiens ouders hij in 1752 de balkenzager De Pauw (Tenbruggencatenummer 06667 t) kreeg uit hun nalatenschap. Die molen ging naar zijn zoon Thijs Jansz Noomen (1760-1844), die de molen in 1791 verkocht aan zijn broer Gerrit Jansz Noomen (1749-1809) uit Koog aan de Zaan. Thijs Jansz (1760-1844) was eigenaar van de pelmolens De Twee Gebroeders, De Mier (alias De Bleeker), De Sint Pieter (alias De Hondeman) en De Bruinvisch. De pelmolens De Twee Gebroeders en De Mier/De Bleeker had hij van zijn schoonvader Pieter Fransz Dekker.

Bronnen:
- “Duizend Zaanse Molens” P. Boorsma 1968 blz. 83
- “Zaanse Windmolens” P. Boorsma 1939 blz. 95-96
- www.duizendzaansemolens.nl R. Couwenhoven
- “het Ossepad en het Hollandse Pad” uitgave werkgroep historie Oud West 1993 blz. 30
- “de Zaende” 6e jaargang 1951 blz. 1-12
- aanvullingen Petra (E.M.) Noomen, 9 okt. 2020.
-----

Ron Couwenhoven schrijft in 1100 Zaanse Molens (blz. 32) dat de molen een balkenzager was.
Ook volgens Pieter Boorsma in DZM (blz 83) was het een balkenzager.
Bert Versteeg, 19 aug. 2018.

aanvullingen

trivia
Wagenschotzager “de Kerfbijl”, bijgenaamd “het Eendenhok”, paltrok, te Zaandam-West tussen Westzijde en Vaart, achter het niet meer bestaande Ossepad (dit lag tussen het Hollandse Pad en de Reigerstraat), het erf ligt tegenwoordig onder het Verkadeterrein. Bouwjaar onbekend, gesloopt in 1746.
-----

De exacte locatie van De Kerfbijl hebben we nog niet kunnen vinden. Aangezien voor toegang tot De Kerfbijl gebruik werd gemaakt van het pad van De IJpenboom, stond hij daar vlakbij, maar benoorden, beoosten of bezuiden?