Molen De Vier Winden (2e), Amsterdam

Amsterdam, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Vier Winden (2e)
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06493 k
oude dbnr.
V4466
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 06493 k De Vier Winden (2e) (Amsterdam)
1. Stereofoto (uitsnede, de 2e molen): Gaston Braun, 1864 (via Allemolens.nl)

locatie

plaats
Amsterdam
plaatsaanduiding
aan de Overtoom, noordzijde
gemeente
Amsterdam, Noord-Holland
streek
Amsterdam
kadastrale aanduiding 1811-1832
Amsterdam C (5) 1049 D.C. Hagen
geo positie
X: 120159, Y: 486257
N: 52.36310, O: 4.87570

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verplaatst
geschiedenis
In de achttiende eeuw werden de standerdmolens aan de noordzijde van de Overtoom door bovenkruiers vervangen.

Een Soeverein Besluit van 15 juni 1814 bepaalde dat elke ingezetene van Nederland zelf zijn molenaar mocht uitkiezen. In juli 1827 maakte molenaar D.C. van Hagen van De Vier Winden en enige vakgenoten zich in strijd hiermee sterk voor toekenning van het recht aan het stadsbestuur om bakkers van Amsterdam te verplichten hun graan binnen de stad te laten malen. Het stadsbestuur verkreeg dat recht op 24 januari 1828 maar maakte er geen gebruik van, zodat de Amsterdammers hun graan gewoon op de goedkopere molens buiten de stad mochten laten malen. Ondanks meerdere verzoeken, onder meer van J. Langeveld van molen De Victor op bolwerk Rijk, bleef het bestuur bij dat besluit.

Apeldoornse Courant, 11 juni 1870:
"Dezer dagen zijn, bij het afbreken van den korenmolen "de vier Winden", staande aan de zijde van den Overtoom (gemeente Amsterdam) een paar voet onder den beganen grond een vrouwenlijk en twee mannelijke geraamten gevonden. Volgens de grondbrieven had deze molen reeds 250 jaar bestaan, waarvan hij de laatste 150 jaar in eigendom behoorde aan de familie Degens, alhier. De vermoedelijke oorzaak, waardoor de lichamen daar gekomen zijn, kan o.a. verklaard worden uit de omstandigheid, dat in dien omtrek het zoogenaamde Pest- of Vilderskerkhof was gelegen; terwijl het ook niet onmogelijk is, dat zij de overblijfselen zijn van een misdaad of aldaar zijn verborgen tijdens den aanslag op Amsterdam door prins Willem II ten jare 1650, of gedurende de ontmoeting met de Franschen in 1672 of met de Pruisen in de vorige eeuw (1787)."

De molen werd in 1870 verplaatst naar Beverwijk.

Bronnen o.a.:
- "De molens van Amsterdam in oude ansichten deel 1", J.H. van den Hoek Ostende.
- "Concurrentie tussen binnen- en buitenmolenaars", Ons Amsterdam 1967, pag. 82.