1752: De molen werd in 1752 als vervanger van een kleinere zaagmolen. De nieuwe zaagmolen was een achtkante stellingmolen op een vierkante onderbouw met gemetselde, wit geschilderde voet.
04-01-1772: Rotterdamse courant
Uit de hand te koop te Zevenhuizen, een Agtkante ZAAGMOLEN, in het Jaar 1752 nieuw gestigt, met een modern HUIS, vier Houtlootsen, Wagenhuis, Stalling voor twee paarden, een extra Balkgat met deszelfs Landeryen daar in gelegen, alles zeer gemaklyk voor de Houtkoopery; alwaar de Negotie lange Jaren met goed succes is gedaan, en nog werd gecontinueert: Te bevragen by Jan Fyan, te Zevenhuizen voornoemt.
14-05-1772: Rotterdamse courant
Uit de hand te koop, een hegte, sterke agtkante ZAAGMOLEN, in het jaar 1752 nieuw gestigt, met een logeabel modern Woonhuis, Lootsen, Wagenhuis, Stalling voor 2 paarden, Balkgat, en Landeryen daar om gelegen, alles staande en gelegen aan het Dorp van Zevenhuizen: Nader onderrigt by den Makelaar Abraham Martinius, te Rotterdam.
En bied Jan Fyan, altans nog op de Molen wonende, de Negotie en 't Zagen verstaande, zyn dienst, om den Kooper in alles te onderrigten en te helpen den tyd van 10 jaren, voor een somme van 400 GL. 's jaarlyks vry geld en vry huishuur, onder verbindtenis, dat hy gedurende die 10 jaren aldaar geen Negotie in hout zal doen.
13-08-1808: Oprechte Haarlemse Courant,
Men zal ten overstaan van Schout en Schepenen van Zevenhuizen, op Zaturdag, den 20 Augustus, 1808, des morgens ten 10 uren, publiek veilen en verkoopen: Diverse partijen houtwaren, deze Houtwaren
zullen 2 dagen voor den Verkooping genommert leggen op en achter de Houtkoperij en Molen van Mejuffrouw de Wed. C. 't Hooft, te Zevenhuizen. De Houtzaagmolen met deszelfs ruim Erve, Lootsen en Stallen is uit de hand te koop, en te bevragen te Zevenhuizen bij P.T.H. Knappert, en te Rotterdam bij den Houtkoper H. Bogaert.
1812: In 1812 stond de molen te koop, en nam de korenmolenaar Huibert de Leede, wie het windrecht en de toegang tot zijn gehuurde oude molen aan de Rotte (Tenbruggencatenummer 08738) was ontzegd, de zaagmolen over en bouwde hem om tot korenmolen. Het verleden als zaagmolen bleef aan de buitenkant echter goed herkenbaar.
Reeds na enkele jaren overleed De Leede, en nam zijn weduwe met hulp van hun zoon het bedrijf over.
Pieter Schuddebeurs, geboren op 2 december 1816 te Bergschenhoek, treffen we in 1840 als korenmolenaarsknecht aan te Zevenhuizen in dienst bij Willemijntje van der Vree, korenmolenares.
Willemijntje van der Vree (1759-1850) te Zevenhuizen, was gehuwd met Huibert de Leede (1757-..).
Pieter Schuddebeurs leerde daar Ariaantje Strijdhorst, geboren op 25 december 1819 te Zevenhuizen, kennen, met wie hij op 15 september 1843 te Zevenhuizen in het huwelijk trad.
Op 30 april 1851 werd het jonge gezin met drie kinderen te Bleiswijk ingeschreven: Pieter bleek de korenmolen aan de Hoefweg met woonhuis, huizing 117, gekocht te hebben van Hendrik Knoop.
Zoon Gerrit, geboren op 24 juni 1852 te Bleiswijk, was de eerste van de vier jongens die hier nog geboren werden; hij zou in 1878 de molen met opstallen van zijn vader kopen. Hij was tevens de laatste molenaar. Zijn vrouw, Helena Treurniet, verkocht als eigenaresse — ze was al jaren weduwe — de danig in verval geraakte molen. De molen werd in 1939 afgebroken.
Bron: onbekend.
De laatste eigenaar liet de molen aandrijven door een stoommachine.
04-06-1908: Op 4 juni 1908 werd de molen getroffen door een bliksem, maar hij verbrandde niet. Een tweede keer dat hem dit overkwam brandde hij wel af, dit gebeurde in 1928.
Inform. oa van: H. van der Kaay, 25 maart 2009.
