Molen Fallingabuurster- en Aaltjesmeerpolder / Ferwouder Polder, De Kleine Molen, Ferwâlde/ Ferwoude

Ferwâlde/ Ferwoude, Fryslân
v

korte karakteristiek

naam
Fallingabuurster- en Aaltjesmeerpolder / Ferwouder Polder, De Kleine Molen
modeltype
muonts, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03170
oude dbnr.
V2420
Meest recente aanpassing
| Conversie
media-bestand
Molen 03170 Fallingabuurster- en Aaltjesmeerpolder / Ferwouder Polder, De Kleine Molen (Ferwâlde/ Ferwoude)
Foto coll. SMD

locatie

plaats
Ferwâlde/ Ferwoude
plaatsaanduiding
gemeente
Súdwest-Fryslân, Fryslân
streek
Wûnseradiel
kadastrale aanduiding 1811-1832
Gaast B (1) 125 Broer Tjeerds Bakker, landbouwer, en mede E.
geo positie
X: 158990, Y: 557958
N: 53.00856, O: 5.44665

constructie

modeltype
muonts, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
Vijzel
plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
afgebroken
geschiedenis
Waarschijnlijk al in/voor 1718 gebouwd (of voorganger), verdwenen in 1930-1940.
-----

Bemaalde met de bovenmolen de Ferwouderpolder (50 ha).
Bron: archief Ten Bruggencate.

aanvullingen

trivia
NB De aangegeven locatie is een schatting naar de topografische kaart van 1932. Daarop staat de polder als Ferwouder Polder benoemd.
-----
Leydse courant, 26-07-1762
J. Groeneweegen, geoctrojeerd laventeur van de Verbeterde Tregter-Moolen, werkende door de Middelpunt vliedende kragt, ' presenteerd aan alle Heeren Dykgraaven, Heemraaden, Molenmeesteren en Ingelanden in alle Watermolens zonder onderscheid zyn Machine te plaatsen op zyn eige Rekening; en indien hy niet meer als twee maal zoo veel Water maakt als het Scheprat, zonder alle premie of beloning, met verzekering dat eene Molen zoo veel zal doen als nu drie Molens doen.
------

De Bolswarder burgemeester en hardrijder P. Coopmans voerde in de Ferwouder Polder proeven uit met een trechtermolen, naar het octrooi H248 van Jacob Groenewegen uit Werkendam uit 1761. Hij was hierover zeer voldaan, maar liet het toch bij deze ene poging om het maalwerktuig van molens te verbeteren. Op 7 oktober 1762 kreeg hij octrooi op de watermachine, die met slechts een derde van de kracht evenveel opbracht als gangbare werktuigen.

De uitvinding van Groenewegen berustte op een eerdere uitvinding van Prof. 's Gravesande (dus Fahrenheit), maar hij had verbeteringen aangebracht. Het principe van de uitvinding was de middelpuntvliedende kracht, die werkte tegen de schuin opgaande kanten der machine, met horizontale rondvoering. De machine bestond in een kuip of trechter, van onder open en 2 à 3 voet wijd en van boven 10 à 16 voet wijd. De kom was door radiale schotten in 8 sectoren verdeeld.

Het principe van Coopmans' uitvinding school in de centripetaalkracht, "die het water tegen een ongeveer kegelvormige wand moest opjagen om het over de rand daarvan in een vaste goot te werpen". Een uitvoerige beschrijving staat in het boekje Uytvoerige en nauwkeurige verhandeling van de verbeterde geoctroyeerde tregtermoolen door Jakob Groeneweegen te Werkendam, 1763.

In het octrooi verwijst Groenewegen naar een trechtermolen die 's Gravezande bij Woubrugge (ZH) had gebouwd, met een opvoerhoogte van 14 voet. Die was weer afgebroken omdat hij niet voldeed. En hij merkt op dat 's Gravezande beter een opvoerhoogte van 7 voet had kunnen aanhouden, "zooals bij de vijzelmolen te Hazerswoude" (ZH), octrooi H243 van 1755. Exact welke molens hiermee worden bedoeld is onbekend. Wel stond er in Barsingerhorn (NH) een trechtermolen, zie Deellanden, Tenbruggencatenummer 07437.

Wat de relatie is met de veel latere braakwatermolen van Polder Ruigenhil (Tenbruggencatenummer 01514) in Alblasserdam is onbekend.

Bronnen:
- "Molengeschiedenis van Friesland tot 1900" door S.J. van der Molen, in "Molens van Friesland", 1971. Met dank aan Eric Zwijnenberg.
- "Octrooien voor uitvindingen in de Nederlanden uit de 16de-18de eeuw", Ir. G. Doorman, 1940. Met dank aan H. van der Kaay.

Zie verder De Grote Molen (Tenbruggencatenummer 03169).