Molen Jan Ruierdts molen, Harlingen/ Harns

Harlingen/ Harns, Fryslân
v

korte karakteristiek

naam
Jan Ruierdts molen
modeltype
Wipmolen, stellingmolen
functie
zaagmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03011 f
oude dbnr.
V7667
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 03011 f Jan Ruierdts molen (Harlingen/ Harns)
Atlas van Schotanus (1718), kaartfragment gem. Barradeel./LvdDrift

locatie

plaats
Harlingen/ Harns
plaatsaanduiding
juist bezuiden de stad, 0,5 km zw. der kerk
gemeente
Harlingen, Fryslân
geo positie
X: 157003, Y: 575856
N: 53.16940, O: 5.41716

constructie

modeltype
Wipmolen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
plaats bediening
stellingmolen
plaats kruiwerk
middenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
1714 , voor 1741
geschiedenis
De molen wordt aangegeven op de kaart uit 1661-1667, getekend door Claes Piekes d'Graad, en in de legenda (zie onder) aangegeven als Jan Ruirds molen. Zelf schrijft hij zijn naam als Jan Ruierdts Sanstra.

Jan had volgens zeggen heel wat huisbezit in de straat die naar hem is vernoemd, de Jan Ruurdstraat.

In 1658 verzoekt Jan, gemeensman en oud burgemeester, om een doorsnijding in de stadssingel om daardoor hout naar zijn houtmolen te mogen vervoeren. Hij krijgt toestemming onder voorwaarden dat hij een vaste brug over de doorsnijding moest leggen, dat een balk de kolk 's nachts zou afsluiten en dat nimmer een doorgang naar de zuidelijker molen van Buwe Tomas zou mogen worden gemaakt.

Uiteraard heeft Jan in zijn positie de molen nooit zelf bediend. na zijn overlijden in 1667 erfden zijn kinderen Jacob Jans Sanstra en Tijttie Sanstra de molen. Jacob verkocht zijn molenhelft in 1671 aan gedeputeerde en oud burgemeester Pijter Pijtters Oldaen. Na het overlijden van haar eerste man hertrouwde Tijttie in 1683 met Pijter, waardoor de molen weer in één hand kwam. Na het overlijden van Pijter in 1691 trouwde Titia voor de derde keer, nu met Thijs Luijtiens Westra. Zij woonden samen bij de molen. In 1703 verkochten zij de molen, huis, tuin, drooghuis en stal aan Dirk Abes uit Kimswerd en zijn vrouw Neeltje Reinders.

Na Dirks overlijden rond 1710 wilde Neeltje de molen verkopen aan Sicke Rinties van der Meulen, maar de eigenaar van een buurperceel, houthandelaar Aucke Jansen Backer, claimde de molen op grond van niaar. Hij had het buurperceel in 1700 gekocht van Thijs en Titia. Nog in 1710 verkocht Aucke de molen door aan Sicke.

In de reëelkohieren van Harlingen wordt Sicke tot 1752 geregistreerd als eigenaar. Waarschijnlijk heeft hij de molen laten vervangen door een achtkante bovenkruier, want op een prent uit 1741 wordt die weergegeven. Ook transacties van de molen duiden hierop. Sicke kocht de molen met alles erop en eraan in 1710 voor 4085 gulden. Bij deelverkopen in 1752 en 1753 werd in totaal 6950 gulden voor de molen betaald.


Bronnen:
- "molens, mensen, bedrijven - overzicht van vijf eeuwen Harlinger bedrijfsmolens op windkracht", drs. D.M. Bunskoeke, Beilen, 2016
- "Molens in en om Harlingen een rijke historie", door Tj. Severein, 1990. Met dank aan H. van der Kaay.

aanvullingen

trivia
NB Gezien de op de kaart getekende locatie zou deze molen een voorganger van De Hoop geweest kunnen zijn.

De Ten-Bruggencatefiche 03011 f (molen nr. 6) geeft als ligging aan 0,4 km ten Z. der kerk, de noordelijke der twee (in gem. Harlingen). Daar stonden echter geen molens, wij gebruiken dit nummer daarom voor deze oude molen 0,5 km ten ZW der kerk.
Red.