De Kerkmolen

Molenaarsgraaf, Zuid-Holland
bestaande molen

media-bestand
Molen 02539 De Kerkmolen (Molenaarsgraaf)
Lukas Vandael (11-5-2019)

korte karakteristiek

naam
De Kerkmolen
modeltype
Ronde molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming
Bemalen van de polder Giessen-Oudebenedenkerk en Molenaarsgraaf, thans op vrijwillige basis
adres
Molenhoek 24
2973 AG Molenaarsgraaf
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate Nr
02539
inventarisnr
ZH173

locatie

plaats
Molenaarsgraaf
plaats aanduiding
gemeente
Molenlanden, Zuid-Holland
kadastrale aanduiding
Gemeente Molenaarsgraaf, sectie C, nr. 181
geo positie
X: 116.079, Y: 432.063
N: 51.87575, O: 4.822
biotoop waarde
Betrekkelijk gering; de molen is door de dorpsbebouwing ingesloten geraakt.
biotoop toelichting

contact en bezoek

bezoek/postadres
Molenhoek 24
2973 AG Molenaarsgraaf
molenaar
Kees Stolk
telefoon
06- 2277 2128
e-mail

website
social media
open voor publiek
nee
gericht op scholen
nee
AKG lid
nee
bijzonderheden

constructie

modeltype
Ronde molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
Ronde stenen molen
kap
Gedekt met riet
inrichting

IJzeren scheprad Ø 5,70 m.; breed 0,64 m., buiten de molen.
Woning in de molen.

versieringen

Aardige baard, overwegend wit geverfd, donkergrond afgebiesd, met het opschrift 'ANNO 1844' en daarnaast nog enig houtsnijwerk met daarin onder meer de letters A.S. Deze verwijzen naar een vroegere burgemeester van Molenaarsgraaf, Adrianus Slotemaker. 

kenmerken windmolens

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
kruiwerk
42 ijzeren rollen; kruirad met hoge bank
vlucht
26,00 / 26,15 m.
vang
Vlaamse vang; 4 scharnierende stukken. Vangbalk met haak; vangstok.
overbrenging

Bovenwiel 70 kammen
Bovenschijfloop 37 staven, steek 12,4 cm.
Onderschijfloop 23 staven
Onderwiel 90 kammen, steek 17,0 cm.
Overbrengingsverhouding 2,07 : 1

hoogte
wiekvorm
Oud-Hollands
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
media-bestand
Roede 18, Straathof Rijpwetering
Straathof Rijpwetering
18 binnen 1985 1985 binnen aanw. 26,00
media-bestand
Roede 19, Straathof Rijpwetering
Straathof Rijpwetering
19 buiten 1985 1985 buiten aanw. 26,15
Pot 2555 binnen 1924 1924? binnen 1985 26,30
Pot 777 buiten 1872 1872? buiten 1985 26,35
wiekverbeteringen

Deze molen heeft nooit een wiekverbetering ondergaan.

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
media-bestand
As g.n., NSBM Fyenoord
NSBM Fyenoord
1843 1844? aanw. 03,95
wateras
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
Waal & van Driest, De 1843 1844? aanw.

eigendom

eigenaar
SIMAV
eigendomsvorm
Stichting
eigendomshistorie

De SIMAV is eigenaar sinds 1987, daarvoor was dat de toenmalige gemeente Graafstroom.

geschiedenis

Ter plaatse van de huidige stenen grondzeiler stond vóór 1844 een wipmolen, die ook een verleden had: op 24 november 1588 was in een vergadering van het plaatselijk bestuur besloten tot de bouw van een nieuwe molen.

Op 23 augustus 1843 brandde deze wipmolen door blikseminslag af. Er werd besloten een ronde stenen grondzeiler te laten bouwen naar een door Leendert Roodnat uit Sliedrecht te maken bestek. Roodnat bleef ook daarna als opzichter bij de bouw van de molen betrokken en verzorgde de aankoop van materialen. Van 26 augustus 1843 tot 1 mei 1844 was hij als zodanig in dienst, waarvoor hij ƒ 423,-- ontving.
Als metselaars van de romp werden genoemd Dirk Verheul uit Giessendam, Dirk Luthart en Anthony de Kovel. Dagelijks opzichter van het metselwerk was Wouter Jacobus Versteeg uit Sliedrecht. Er zouden in totaal ongeveer 248.000 stenen in de molen zijn verwerkt die waren gekocht bij de Gebr. ‘t Hooft in Dordrecht. De stenen werden per schip aangeleverd in 21 partijen met een wisselende hoeveelheid van 3.000 tot 26.000 stenen per vracht voor een totaalprijs van ƒ 1.228,85. De benodigde tras en kalk werd geleverd door Penn & Bauduin uit Dordrecht. Het voegen van het metselwerk werd uitgevoerd door M.J. Verhey uit Sliedrecht.

De overige onkosten bestonden in hoofdzaak uit de volgende leveranties en arbeidslonen:
- P.W. Hesmery, Dordrecht, voor geleverd staal en ijzer ƒ 83,--;
- het door Jan Schouten uit Dordrecht leveren van een grenen roede ƒ 350,--
- door houthandelaar Fop Smit geleverd hout ƒ 3.318,80;
- smid Jan PoIs (Vuilendam) voor geleverd smeedwerk ƒ 300,--;
- door Gerrit van der Laan uitgevoerd timmerwerk ƒ 1.440,--;
- voor de leverantie van materiaal en arbeidsloon, buiten het bestek om, aan Gerrit van der Laan ƒ 264,35;
- door smid Jan Mes uit Nieuw-Lekkerland geleverd ijzerwerk ƒ 29,30;
- voor het leveren en stellen van een ijzeren scheprad door ijzergieterij De Waal & Van Driest uit Utrecht ƒ 898,50;
- het leveren van een grenen spil door Amoldus de Groot uit Dordrecht ƒ 130,--;
- voor het leveren van zand door W. Vlot uit Bleskensgraaf ƒ 12,--;
- voor het leveren van verfstoffen door N.C.M. van Someren Brand uit Dordrecht ƒ 14,90;
- voor de leverantie van ijzer en staal (waaronder de bovenas) door de Nederlandsche Stoom Boot Maatschappij te Rotterdam ƒ 935,31.
De totale bouwkosten waren volgens bet bestek begroot op ƒ 12.706,--.

Op 7 mei 1926 besloot het polderbestuur, na uitgebracht advies van M.F. Visser uit Delft, in de molen een elektromotor van 60 pk. te plaatsen die door middel van een overbrenging het scheprad kon aandrijven. Hierdoor was men minder afhankelijk van de wind en van de tweede molen. In 1927 werd deze tweede molen, de Westeindse Molen, dan ook gesloopt. Nadat in 1975 de bemaling van de polder werd gecombineerd met de polder Giessen-Oudebenedenkerk heeft men de elektromotor verwijderd.

In 1971 kocht de gemeente Molenaarsgraaf de molen voor ƒ 1,--, waarna in het jaar daarop ingrijpende herstellingen werden uitgevoerd: repareren van roeden en staart, opnieuw ophekken van het wiekenkruis, gedeeltelijk vernieuwen van het riet op de kap, nieuwe windpeluw en voorkeuvelens en herstellingen aan het metselwerk van de romp.

Door verscheidene kleinere reparaties bleef de molen ook nadien flinke financiële offers vragen van de gemeente. Om die reden wilde het college van B&W in juli 1983 de molen voor ƒ 1,-- verkopen aan de SIMAV. De meerderbeid van de raad kon zich hier echter niet in vinden. Er werd een fonds gevormd, gevoed door de saldireserves van de gemeente, van waaruit de onderhoudskosten zouden worden betaald. In de daaropvolgende jaren zijn grote bedragen uitgegeven aan onder meer het waterdicht maken van de romp en het aanbrengen van een nieuw wiekenkruis.
Op 1 juni 1987 besloot de gemeente Graafstroom waarvan Molenaarsgraaf sinds 1 januari 1986 deel uitmaakte (en die veel later op zou gaan in de gemeente Molenwaard), de molen toch in beheer te geven bij de SIMAV. Gelijktijdig met de overdracht van de molen werd ook de naastgelegen molenaarswoning, tot dan eigendom van het hoogheemraadschap, voor ƒ 1,-- overgedragen.

Een paar opmerkelijke details:
De staven van het onderschijfloop zijn in gietijzer uitgevoerd en daarbij niet rond, maar ovaal van vorm.
Evenzo opvallend is dat deze grote molen slechts één toegangsdeur heeft (en daar zit een gedachte achter): de tweede deur werd in 1926, toen de motor werd aangebracht en gedacht dat er toch veel minder op windkracht zou worden gedraaid, gedeeltelijk dichtgemetseld en gereduceerd tot een raam.
Deze molen kan met zijn niet zozeer grote maar wel zeer brede scheprad enorm veel water geven.


aanvullingen

toelichting naam

De molen heeft deze naam omdat naar verluidt balkhout van een gesloopte voorganger in 1588 in de fundering is gekomen van de Nederlands Hervormde kerk in Molenaarsgraaf.

advertentie afbeelding

foto's

foto's