Molen De Koning, Middelburg

geschiedenis

De voorganger van deze molen was een bewoonde houten achtkant op stenen onderbouw. Deze stond aanvankelijk aan de Winterstraat en moest wijken voor de aanleg van het kanaal door Walcheren. De grond werd onteigend en de molen werd afgebroken in 1867 en verplaatst naar de Veerseweg. In 1878 verkoopt J. Geschiere de molen aan D. Nijpjes. Tot 1993 bleef de molen eigendom van de familie Nijpjes.

In mei 1882 brandde de molen af als gevolg van blikseminslag. Nog in datzelfde jaar volgde herbouw door molenmaker Beversluis (Middelharnis), echter nu met stenen bovenbouw op de overgebleven onderbouw. De bovenbouw is van blauwe (belgische) steen opgetrokken. Na deze herbouw werd de molen niet meer bewoond.
Bij de bouw werd de kap gebruikt van een Zuid-Hollandse poldermolen, afkomstig uit Gouderak, met op de baard het jaartal 1848. Tussen de voeghouten boven de fraaie groene baard werd dit veranderd in '1884' (om het bouwjaar 1882 te benaderen.....).

In 1916 verwierf G.M. Nijpjes de molen van zijn vader in eigendom. Tot 1938 oefende hij hierop het boeren- en bakkersgemaal uit met drie koppel 16der blauwe en een koppel 16der kunststenen. Verder is er nog een buil op de eerste van de vijf zolders.
In 1946 werd P.D. Nijpjes eigenaar, deze liet in 1951 zijn scheefstaande molen van roeden en (bouwvallig geworden) stelling ontdoen.

In 1956 volgde rehabilitatie, toen De Koning werd voorzien van een nieuwe stelling en een stel tweedehands roeden. Tot 1971 maalde de derde generatie Nijpjes weer op windkracht, maar de molen stond nog altijd scheef en erger nog: hij was nog altijd verder aan het verzakken. 

In het voorjaar van 1993 ontdeed men de molen van roeden en kap, in 1994 volgde onderheien en rechtzetten. In het laatste kwartaal dat jaar ging men verder met herstel van de molen zelf, dit werd medio 1995 afgerond.
20 maart 1996 lichtte de toenmalige directeur van de RDMZ, dhr. Asselbergs, de vang bij de officiële ingebruikname.

Op de begane grond staat een 1-cylinder Kromhout gloeikopmotor. Deze drijft Alwina maalstoel aan die op de eerste zolder is opgesteld. Deze motor is inmiddels weer bedrijfsvaardig en draait dan ook regelmatig.

In 2007 werd een roede voor onderzoek gestreken; dit omdat de Van Busselneuzen enigszins loskwamen en daardoor ook de werking van de remkleppen ontregeld werd. In maart 2008 werd de gerepareerde roede weer gestoken en sindsdien werken de kleppen ook weer naar tevredenheid.