Molen Polder Westzaan, De Guit / De Sluismolen, Westzaan

Westzaan, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Polder Westzaan, De Guit / De Sluismolen
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01110 l
oude dbnr.
V3060
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 01110 l Polder Westzaan, De Guit / De Sluismolen (Westzaan)
Foto: n.n.

locatie

plaats
Westzaan
plaatsaanduiding
Aan en ten oosten van de Nauernasche Vaart, iets ten zuiden van de Westzaner sluis.
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Westzaan B (1) 147 Dijk & Polderbestuur der Banne Westzaan
geo positie
X: 112637, Y: 497170
N: 52.46065, O: 4.76390

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
scheprad 5,14 m Ø, 46 cm ↔ (1864)
vijzel 2 m Ø (vanaf 1868, vermeld 1894)
plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
vlucht
26 m (1864 & 1894)
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Met de bouw van de grote poldermolen De Guit werd begonnen in het jaar 1653. De molen werd gebouwd voor het droog houden van de Westzaner Polder. Deze polder besloeg al het land tussen de Zaan en de Nauernasche Vaart. De Westzaner Polder omvat de dorpen Zaandam-West, Koog aan de Zaan, Zaandijk, Wormerveer, West-Knollendam en Westzaan. De oppervlakte van de Westzaner polder is 2380 ha.

De bemaling van deze polder startte in 1632 met de bouw van de watermolen Het Leven in Zaandijk. Het Leven sloeg zijn water uit op de Zaan. Er zijn aanwijzingen dat er omstreek die tijd ook aan de Nauernasche Vaart een kleine poldermolen werd gebouwd die Het Leven kon ondersteunen. Deze molen zou echter beperkt worden gebruikt omdat de uitwaterende capaciteit van de Nauernasche Vaart niet erg groot was.

In 1651 werd de sluis bij Nauerna vernieuwd en vergroot, tegelijkertijd werd er toen een duikersluis aangelegd. De uitwaterende capaciteit van de Nauernasche Vaart werd hiermee aanzienlijk vergroot, zodat het voortaan mogelijk was om ook hierop water uit te malen. Nadat het werk aan de sluis was voltooid werden er plannen gemaakt voor de bouw van twee watermolens aan de Vaart. De ene was De Guit, vlak ten zuiden van de Westzaner sluis, de andere was Het IJzeren Varken. De laatste molen was gelegen op plaats waar nu ongeveer de noordelijk afrit van de A8 ligt. De beide nieuwe molens werden in 1653 gebouwd en waren schepradmolens.

In de zomer van 1727 kreeg De Guit, in oude geschriften ook wel De Sluismolen genaamd, een nieuwe stenen waterloop. De molenaar zou hier niet veel plezier van hebben, want op 17 november van dat jaar werd hij ontslagen.

In 1868 werd het scheprad van De Guit vervangen door een vijzel. Het Leven in Zaandijk had deze verbouwing al een jaar eerder ondergaan.

In 1872 besloot het polderbestuur om op de plaats van de Hornersluis in Zaandam-West een stoomgemaal te bouwen. Deze sluis was gelegen in de Hogendijk en werd niet meer gebruikt door de afsluiting van het Y. De reden voor de bouw van de sluis kwam voort uit het feit dat de drie molens in natte tijden soms moeite hadden om de polder op peil te houden. Hierbij kwam nog een verzoek van agrarische kant om het polderpeil met 10 cm te verlagen. Bovendien begon Het IJzeren Varken ouderdomsverschijnselen te vertonen en moest hij binnen niet al te lange tijd een kostbare reparatie ondergaan. Besloten werd om Het IJzeren Varken voor sloop te verkopen, met het geld dat men hiervoor zou krijgen kon een gedeelte van het gemaal worden betaald, de rest zou worden geleend. Dit werd op 8 oktober 1872 besloten, op 14 november 1872 verbrandde Het IJzeren Varken.
Direct na deze brand werd een begin gemaakt met de bouw van het stoomgemaal en op 10 februari 1874 kwam het in werking. Het gemaal droeg de naam De Soeteboom. Het Leven en De Guit ondersteunden De Soeteboom.

Purmerender Courant, 18 dec. 1887:
"Bij de aanbesteding van het driejarig onderhoud en eenige vernieuwingen aan de watermolens van den polder Westzaan waren 6 biljetten ingeleverd. Het werk is voor ƒ 3180,-- gegund aan de laagste inschrijvers, de heeren Gebr. Vredenduin te Zaandijk."

In 1891 werd bij het polderbestuur voorzichtig geopperd om de overgebleven molens te vervangen door stoomgemalen. Dit plan vond toen geen doorgang.

Het einde van De Guit kwam in 1899. In de nacht van 13 op 14 oktober trok er een zeer zwaar onweer over de Zaanstreek heen. De Guit werd tijdens deze bui door de bliksem geraakt en vloog in brand. Ondanks het feit dat de brandweer met 4 spuiten aanwezig was, lukte het niet om de molen te behouden. De Guit brandde tot op de fundering toe af. Ook het naastgelegen woonhuis en een schuurtje gingen in vlammen op.
Het noodweer die avond zou nog twee molens treffen, zo ging in Krommenie de papiermolen De Mol in vlammen op en in Wormer verdween die avond de verfmolen De Uil.
Middelburgsche Courant, 17 okt. 1899:
"Vrijdagavond heeft het onweder in de Zaanstreek op niet minder dan drie plaatsen brand gesticht. Te Wormer brandde de verfmolen De Uil af. Te Krommenie ging de papiermolen De Mol geheel in vlammen op en te Westzaan werd de watermolen van den polder Westzaan De Guit in de asch gelegd."

De Guit, die goed was verzekerd, werd niet herbouwd. De Soeteboom kon het werk alleen af, bijgestaan door Het Leven. Met de asbreuk van Het Leven in 1904 kwam er een einde aan de windbemaling van de Westzaner polder.

De laatste molenaar van De Guit, J. van der Helm, kreeg na de brand toestemming om op het erf van de molen een huisje te bouwen met een hooiklamp.
De waterlopen van de molen werden afgesloten en zijn tot op heden nog aanwezig.

In 1976 waren er vergevorderde plannen om de wat in verval geraakte Amsterdamse poldermolen De 1200 Roe af te breken en te herbouwen in Westzaan. Deze plannen stuitten op verzet van de omwonenden, waardoor de plannen werden afgeblazen. De gemeente Amsterdam heeft de molen toen laten restaureren.

Bron: “Ontstaan en ontwikkeling van de Polder Westzaan” Dr. Margaretha A. Verkade 1982
F. Rol, Zaandijk.