Molen Hornmeerpolder, De Hoeker molen, Aalsmeer

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1674

verdwenen

1891

gesloopt

geschiedenis

De buurpolder Stommeer was een natuurlijk meer, drooggemaakt in 1650, maar de Hornmeer was geen meer maar een veenderij. Octrooi voor het uitvenen en droogmaken werd op 4 mei 1657 verleend aan de dijkgraaf van de Stommeerpolder, Johan van Rietveld.

Aanleiding voor de bouw van de Hornmeermolen was de dijkdoorbraak van 1673 van de ringdijk om de Stommeerpolder, waardoor deze helemaal onder water kwam te staan. Deze polder was oorspronkelijk drooggemaakt met twee molens en na de droogmaking was de tweede molen verkocht. Droogmaken met maar één molen zou jaren duren en daarom bood Johan van Rietveld aan om op zijn kosten een tweede molen te bouwen, die hij later kon gebruiken om ook de Hornmeer droog te malen. De Hornmeer was toen nog niet geheel uitgeveend. De molen kwam daarom ook bij de grens van de Hornmeer en de Stommeerpolder te staan.

De molen werd in 1674 gebouwd door Jacob Abrahamsz, meester molenmaker te Zaandam. De eerste molenaar was Vreeck Baertsz. De Hornmeerpolder kwam in 1676 droog en kon toen worden verkaveld.

Bij noordwestenwind en een waterstand van 0,16 m -NAP liep op 4 december 1854 het water van de boezem van Rijnland aan de zijde van Aalsmeer de Stommeerpolder binnen. Ook de Hornmeerpolder liep daarbij onder, omdat beide slechts gescheiden waren door een kade.

De hele polder was eigendom van één familie, zodat er geen bestuur nodig was.
De molen werd in 1891 vervangen door een stoomgemaal.

Bronnen:
- "Gouden banden", door W. du Pon, 1965, 75 jaar drukkerij Mur te Aalsmeer. Met dank aan H. van der Kaay.
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", Mr. G. de Vries Azn., 1864.
- aanvullingen Jan Hofstra, 6 feb. 2021.
-----

In 1786 schatte de Amsterdamse ‘bouwmeester’ Dirk Vreedenburg dat er voor zo’n 5000 gulden reparaties nodig waren aan deze molen. Onder meer een nieuwe (langere) vijzel, kuip en bovenwiel, en daarnaast vernieuwing van de fundering.
Bron: Archief Amsterdam.
Arjen Lobach, 12 jan. 2022.