Standplaats: Gelegen aan de Heereweg buiten de Witte Poort; ten Noorden de Rijn, ten Westen Jacob Adriaansz. Dop, ten Zuiden de Heereweg, ten Oosten de Boschhuyser watering

Molen "de Ruyter" werd afgebroken en in 1701 opgevolgd door de achtkante zaagmolen "de Valk". 

05-04-1714: Verkoop een uiterdijk of molenwerf, groot 500 roeden

Verkoper: De gaarders van de verponding en 100e penning; Koper: Ary Dirkszn. van Winden; Koopsom: fl 1260,-

Verkoper Ary Dircksz. van Winden; Koper; Willem Ariënsz. van Winden; Koopsom: fl 800,-; 

15-03-1721: Verkoop De helft van een zaagmolen, met huizinge en erf zijnde een uiterdijk of molenwerf groot 500 roeden, waarvan de wederhelft aan de koper toebehoort

02-12-1741: Verkoop Zaagmolen met huizing, erf en uiterdijk of molenerf, groot 500 roeden

Verkoper: Teuntje van der Codde, eerst wed. van Willem van der Meulen, laatstelijk van Ysbrand Everts; Koper: Ary van Rijt, (schoonzoon)

N.B. Verkoopster zal levenslang het gebruik hebben van enige vertrekken in de molen en als koopsom zal worden betaald een lijfrente van fl. 500.- per jaar en mocht e.e.a. een vijfde minder gemaakt worden dan thans naar uitwijzing van het boek van 1740, dan fl. 400.- per jaar. 

26-08-1802: In de nacht van 25 op 26 augustus 1802 brandde de molen tot de grond toe af, mogelijk door blikseminslag.

Op 27 januari 1803 verkreeg Johannes van Hees vergunning voor het bouwen van een nieuwe zaagmolen. Deze nog bestaande "de Heesterboom" was in 1804 gereed. 

Bron: Houtzaagmolen de Heesterboom.