- bouwjaar
-
>
- verdwenen
-
gesloopt
- voorganger
- geschiedenis
-
Door G.C. Helbers (Leidsch jaarboekje 1926) wordt de molen d'Engel of de Spinder genoemd. Waarschijnlijk was hij zich er niet van bewust dat de standerdmolen na 1669 vervangen was door een stellingmolen, voor het eerst te zien in de atlas De Wit van 1698 (zie dbnr. 2564), daarna nog op de kaart van Thirion uit 1742 (een sterk aangepaste en geactualiseerde kopie van De Wit, zie boven). Omdat de stellingmolen in 1752 nog De Engel werd genoemd (zie onder), veronderstellen we dat de standerdmolen De Spinder heette.
Op de kaart van Joan Blaeu uit 1649 (zie dbnr. 17447) en het Profiel van het westen van Leiden van na 1669, is te zien dat beide molens op het Blauwe Bolwerk nog standerdmolens waren.
Volgens de ondertrouwakte van Claas Landman van 14 januari 1752 woonde hij toen in molen De Engel
Als beroep staat vermeld: Molenaarsknecht. (Schepenhuwelijken 1592-1795, Fol. L 243v) Claas kwam van Nieuwerkerk bij Kerkwerve nabij Zierikzee.
In Nieuwerkerk was ook een korenmolen en ik vermoed, dat vader Frans Landman daar woonde en/of werkte.
Frans C. Nelis.