- trivia
- Rosmolens kwamen tot omstreeks de eerste wereldoorlog in vrijwel iedere plaats naast de water- en windmolens voor. Meestal waren zij ingericht voor het persen van olie uit oliehoudende zaden zoals lijnzaad, koolzaad en raapzaad, hiertoe werd het in zakjes gedaan en tussen houten wiggen geklemd. Omdat het persen plaats vond door middel van het aanslaan van deze wiggen, sprak men ook wel van slagmolens. In sommige gevallen werd er in rosmolens geen olie geslagen maar graan gemalen. Een combinatie van beide functies kwam niet zo vaak voor. Als een rosmolen korenmolen was, dan trof men hem nogal eens aan in de nabijheid van een wind- of watermolen en in handen van dezelfde eigenaar. Graan malen was immers de belangrijkste functie die door de eeuwen heen door water- en windmolens werd verricht. Een rosmolen erbij had dan het voordeel dat men ook in periode van windstilte en watergebrek kon malen.