bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
Hendrik III van Nassau-Breda liet de molen in 1509 oprichten, zodat men in tijden van beleg zelf koren kon malen. De molen stond aan de noordelijke gracht van Breda, waarvan het water ververst werd door de rivier de Mark. De molen vormde de onderste twee verdiepingen van een nieuwe toren op de noordoosthoek van het kasteelterrein.

Vanaf 1536 werd de molen een getijdenmolen door de veranderde loop van deze rivier.

Vanwege de grote maalcapaciteit van de Grote Watermolen (Tenbruggencatenummer 07619) werd de Kasteelmolen in 1563 voor enige tijd stilgelegd.

In 1800 pachtte de stad Breda de molen voor ƒ 300. Omdat in het kasteel de Koninklijke Militaire Academie werd gevestigd, werd het kasteel in 1826 grondig verbouwd, waarbij de toren met de watermolen gesloopt werd.

Bron: "Watermolens in Noord-Brabant vroeger en nu", Ir. Piet-Hein van Halder, 2010.
-----

De voormalige toren met molen staat nog wel als "Watermolen" aangegeven op het kadastrale verzamelplan van 1811-1832.
-----

De molentoren was 33 meter hoog en twaalf meter breed. Boven de molenverdieping met twee paar stenen nog vier verdiepingen.
Vanaf 1720 heeft de molen bijna niet meer gemalen.
-----

Voor meer informatie zie Stichting Historische Verzameling KMA.
Er is zelfs een boek aan gewijd: Brinkhof, J.G., m.m.v. A.H.P.M. Meesters, K.A.H.W. Leenders. "De heerlijke watermolens in stad en land van Breda. Opkomend en afgaand tij in stad en land van Breda." Over de watermolens die tussen 1321 en 1828 werden aangedreven door het water in en rondom Breda.
Breda (Stichting historische verzameling KMA), 2016. 206 p., ill., krtn., litlst, molengegevens, iconografie, ISBN = 978 90 8892 0646.
K. Leenders, 14 mei 2022.