- vang
- Vlaamse vang; 3 scharnierende stukken. Vangbalk met duim; vangstok. Trekvang; pal.
vang
- inrichting
Twee hollanders, papierpers, plet, slijpsteen, één koppel maalstenen; stamperij met tien stampers
- overbrenging
Bovenwiel 42 kammen steek 5,5 cm
Bovenbonkelaar 25 kammen
Onderbonkelaar 27 kammen steek 8,5 cm
Wentelwiel 23 kammen
Overbrengingen:
Wentelas: 1 : 2,77
Maalbak: 1 : 29,9