Op de kaart van Fr. Huys, 1623 wordt de molen als een standerdmolen afgebeeld.
In 1584 wordt de molen nog niet opgenomen in een telling van de toen aanwezige korenmolens.
De oudste bekende notariële waarin de molen voor komt, stamt uit de uit de 17e eeuw.
De molen komt ook voor op de kaart van A. Monru als een stenen bovenkruier en bestond nog in de vorige eeuw.
Bron: Rotterdams Jaarboekje 1969.

24-11-1648: akte nr 178, testament

Christiaen Christaensz van der Lely, molenaar op de korenmolen de Lely, wonend buiten de Ceulsewechpoort (Coolseweg), en echtgenote Maritgen Harmansdr van Roussen benoemen elkaar tot erfgenaam en voogd. Hun kind (oud 2 jaar) of mogelijke kinderen erven 800 gld. ipv legitieme portie.
Christiaen ligt ziek te bed; tekent Corstyaensen van de Lely.

 

afschriften, 19e eeuw 5488
Akte, verleden voor schout en schepenen van Cool, waarbij Pieter Paauw en zijn vrouw Geertruij van der Linden erkennen schuldig te zijn aan Rudolf Mees te Rotterdam een bedrag van 7000 gulden verzekerd op de helft in een korenmolen De Lelij met erf aan de Binnenweg Z.Z. (Stadsprotocol 686), perkament, 1794 augustus 16