Het bouwjaar van deze molen is nog niet gevonden. Jan Will Bouwen (moet vermoedelijk Bouwman zijn) leende op 8 januari 1714 ƒ 1000, en gaf een huis en erf aan het Bouwmanspad en de molen De Bouwman als onderpand.
De molen kwam op 12 april 1725 in bezit van Jan Pietersz Kist uit Oostzaandam.
De Bouwman wordt genoemd op een lijst uit 1726, die werd opgesteld door drie schaatsenrijders. Deze drie heren noteerden van alle molens waar zij langs reden de naam, functie en eigenaar. De eigenaar van de molen heette Jan Pietersz. Cleijndert die ook de achternaam Kist gebruikte. Meerdere achternamen waren in die tijd heel gewoon.
Op 1 mei 1728 verkocht Kist de molen voor ƒ 625 aan Claas Dirksz de Jongh. De molen moest binnen twee maanden worden verwijderd, en mocht bovendien niet in het noordelijke deel van Westzaandam worden herbouwd. De Jongh verplaatste de molen naar een erf aan de Zuiderwatering, diep in het Westzijderveld (zie verder Verplaatst naar).
Kist liet op het erf een nieuwe paltrok De Bouwman bouwen (zie verder de Opvolger).
Bronnen:
- “Duizend Zaanse Molens” P. Boorsma 1968 blz.75
- www.duizendzaansemolens.nl R. Couwenhoven
- "1100 Zaanse Molens", Ron Couwenhoven 2015, blz. 19