Het bouwjaar van de wagenschotzager de Hovenier is nimmer gevonden. Wel is het de Zaanse historicus Ron Couwenhoven gelukt om het bouwjaar van de molen wat dichter te benaderen. De Hovenier wordt voor het eerst genoemd bij een landverkoping op 9 augustus 1674. De molen werd toen voor een bedrag van Fl.1100,- verkocht aan Dirk Maartensz. Noomen. De verkopers waren de gevolmachtigden van de weduwe van Maarten Claasz. Noomen. De Hovenier bleef dus binnen de familie. Bij de koop waren ook twee stukken land inbegrepen.
In 1707 werd de Hovenier door Pieter Dirksz. Nomen tegen brand verzekerd in een assurantiecontract. Vermoedelijk werd de Hovenier zoals zoveel molens in een compagnie gedreven, zodat hij meerdere eigenaren kende. Dirk Maartensz. Noomen stond in 1726 nog steeds te boek als eigenaar van de molen. Later komt de molen op naam van zijn twee zonen te staan, Hendrik en Maarten Dirksz. Noomen. De Hovenier zou bijna zijn gehele bestaan blijven werken voor de familie Noomen. Hendrik Noomen was ook eigenaar van de paltrok wagenschotzager “de Dood”. In 1749 stond de molen op naam geschreven van de weduwe van Dirk Noomen. Hierna komt de molen niet meer voor. Ook de Hovenier werd tijdens de crisis in de houtzagerij gedurende het midden van de achttiende eeuw gesloopt. Op 24 augustus 1758 verkocht Dirk Hendriksz. Noomen het volgende:”het lege erf, alwaer de molen de Hovenier op heeft gestaen”. Het land van de molen werd voor Fl. 21,- gekocht door IJsbrant Koning.
Bronnen:
- “Duizend Zaanse molens” P. Boorsma 1968 blz. 82
- www.duizendzaansemolens.nl R. Couwenhoven
- “250 Zaanse molens” R. Couwenhoven 2001 blz. 34
- “de Zaende” 2e jaargang 1947 blz. 333
F. Rol