Het bouwjaar van de Bleeker is nog niet achterhaald, evenmin is het bekend waar de vreemde bijnaam van de molen vandaan komt. De molen wordt voor het eerst aangetroffen bij een verkoop. Op 4 oktober 1668 verkocht Claes Ysbrantsz. Schoenmaker de molen aan Jan Gerritsz. Daen.
Op 1 januari 1734 werd de Bleeker verzekerd bij een nieuw assurantiecontract, dat op die werd opgericht en waarbij zich nog 31 molens voegden. De “Kadt” of “Bleeker” werd toen door de weduwe Pieter Jsz. Ales verzekerd tegen een bedrag van 750 gulden. Dit was niet echt een hoog bedrag in vergelijking met de andere houtzaagmolens, de molen was vermoedelijk niet van een heel groot kaliber. De weduwe Ales bleef tot 1759 eigenaresse van de Bleeker, daarna werd de molen verkocht. De nieuwe eigenaar zou niet lang met de molen blijven werken. In de houtzagerij viel in deze periode door diverse omstandigheden bijna niets meer te verdienen. Binnen een tijdsbestek van 30 jaar verdwenen er meer dan 100 houtzaagmolens uit de Zaanstreek, waaronder de Bleeker.
Op 7 januari 1762 werd de Bleeker geveild. De molen is toen door Claas Rol gekocht voor Fl.310,- en werd nog in dat zelfde jaar gesloopt.
Bronnen:
- www.duizendzaansemolens.nl R. Couwenhoven
- “Duizend Zaanse Molens” P. Boorsma 1968 blz.74
- “de Windbrief” 27e jaargang 1998 nr.102 artikel R. Couwenhoven over twee brandverzekeringen (uitg. Ver. De Zaanse Molen)
F. Rol.