De Jonge Haas was oorspronkelijk afkomstig uit Assendelft. Vandaar werd de molen door Dirck Hendricksz. verplaatst naar Wormerveer. Eigenaar van de molen was toen Jeroen Cornelisz.
De windbrief voor de Jonge Haas werd op 18 januari 1664 uitgereikt aan Jan Jansz. Smit, Jeroen Cornelisz., Jacob Cornelisz. Smit en Allert Pietersz.
Archiefonderzoek door J. Goudsblom wees uit: "Dirck Hendricksz een dubbelde olymolen int jaer 1663 gevoert naar Wormerveer in de banne van Westzanen en toebehoorende aan Jeroen Cornelis c.s. wonende tot Wormerveer, gestelt op de verponding int quohier vant jaer 1655, op ƒ 10,--."
Op 4 oktober 1691 werd De Jonge Haas tegen brand verzekerd door Willem Cornelisz Knap.
Bij de oprichting van het olieslagerscontact voor ladingen op 17 juni 1727 was ook De Jonge Haas van de partij. Zijn lading werd verzekerd door Egge Haantjes. De molen zelf werd pas op 22 juni 1765 verzekerd bij deze verzekering.
Ook van De Jonge Haas is het jaar van verdwijnen onbekend. Het moet in ieder geval tussen 1810 en 1814 liggen. Op het erf van de molen werd zo'n tien jaar later de houtzaagmolen bovenkruier De Haas gebouwd.
Bronnen:
- "Duizend Zaanse molens" P. Boorsma 1968
- "Gedenkboek van het olieslagerscontract" 1912
F. Rol.