bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis

Reeds voor 1668 stonden aan de Mennonietensloot (omgeving Rijksmuseum) te Amsterdam drie korenmolens, nl. De Oranjeboom, De Geelvink en De Swaan.

Kaart van de Mennonietensloot, gegraven in 1669, waarop acht molens ingetekend staan. Het molentype, de naam van de molen en de namen van de eigenaren zijn vermeld 

(molen nr 1 van de 8 van links naar rechts gezien)


Testament van Cornelis van Voorthuijsen, meester molenaar op deze molen, en zijn echtgenote Albertje Barents Trompet. Gedateerd 19 november 1714.
Bron: Stadsarchief Amsterdam, toeg. 5075, inv. 7842, pag. 314 e.v.

Op 30 maart 1784 werd de boedelinventaris van Jacoba van Alphen, weduwe van Jan Lam en laatst weduwe van Jan Blonck, wonende aan deze molen, opgemaakt. Zij bezat een half aandeel in De Ruiter, en daarnaast een kwart aandeel in de molens De Kat, De Oranjeboom en De Geelvink.
Bron: Stadsarchief Amsterdam, toeg. 5075, inv. 16573, pag. 97 e.v.
Arjen Lobach, 1 juli 2023.

05-09-1801: Amsterdamse courant

Allen de geenen die op den Boedel van wyle GEERTRUY VAN DER WEY, eerder Weduwe van LAMBERT VAN GRONINGEN, vervolgens van HERBERTUS VAN SCHAICK, en laatst Huisvrouw van en buiten gemeenschap van Goederen getrouwd geweest met WILLEM VAN DER HOEFF, gewoond hebbende en onlangs overleden zynde op het Mennonieten-Eiiand , aan de Molen, de Geelvink , buiten de Weteringspoort, eenige pretentien hebben of daaraan iet verschuldigd zyn, gelieven zulks ten fpoedigften, schriftelyk in te geeven ten Comptoire van den Notaris JACOB OLZATI, op de Prinsegragt, by de Weteringstraat, en wel uiterlyk voor ultimo September aanstaanden.


14-04-1859: De achtkante bovenkruier De Geelvink brandde af

NB Volgens het artikel van Mr. J.H. van den Hoek Ostende in "Molennieuws" nr. 54, 1971, werd De Geelvink voor 1875 afgebroken.