In 1628 mochten van de 110 bestaande molens in de provincie Groningen maar 73 blijven bestaan door het aannemen van de Provinciale Resolutie op de belasting van het gemaal. *Nergens kunnen we vinden welke molens mochten blijven bestaan. Wel werden de molens genoemd die moesten verdwijnen. De Stad Groningen en het landschap Westerwolde vielen buiten de Resolutie. Lopen we de gegevens van B. van der Veen Czn na dan komen we wat aangegeven ouderdom betreft uit op 75 molens. Zijn er toch meer blijven bestaan, of klopt het aangenomen bouwjaar van enkele molens niet? Nader onderzoek zou dit duidelijk kunnen maken.
Volgens de gegevens van B. van der Veen Czn. was ook deze molen ouder dan 1628
jnjv. Bron P. van Dijken, de Zelfzwichter


Omgewaaid tijdens een storm op 29 november 1836.

06-12-1836: Leeuwarder courant
De berigten, die wij uit eenige streken der provincie ontvangen, doen blijken dat aldaar de storm niet minder verwoesting heeft verspreid; verscheidene molens hebben veel letsel bekomen, eenige, waaronder die van Loppersum genoemd wordt, zijn geheel omver gewaaid en nabij de stad is een molen van zijne wieken beroofd, welke de wind over de trekvaart en den trekweg heen in een stuk land heeft geslingerd.

10 dec 1836: Nederlandsche Staatscourant, 
"Te Loppersum is de molen van M. Klinkhamer omver gewaaid.

 
In juni 1837 werd de door de storm van november 1836 omgewaaide roggemolen met behuizing verkocht door Bonthuis van Eikema ten bate en schade van Mattheus Roelfs Klinkhamer. Koper werd Harmannus Jans Klein.
Klinkhamer