- bouwjaar
- verdwenen
-
verbrand
- opvolger
- geschiedenis
-
Het bouwjaar van de Smid is niet achterhaald. De eerste vermelding is van 1 januari 1713 [*], toen hij werd verzekerd tegen brand. Dit gebeurde door Gerrit Dirksz. Smit. Vermoedelijk, gelet op zijn naam, was dit de bouwheer van de molen of anders zijn zoon.
In 1726 was de Smid het eigendom van Dirk Smit. Daarna kreeg de molen korte tijd achter elkaar diverse verschillende eigenaren.Op 1 januari 1734 werkte de molen voor Vaster Wennes, op die dag liet Wennes namelijk de Smid tegen brand verzekeren in een assurantiecontract. De verzekerde waarde van de molen werd toen vastgesteld op ƒ 1200.
07-04-1750: Amsterdamse courant
De Wed. Cornelis Zem, presenteerd by openbare opveylinge, op Donderdag den 9 April, 's middags ten 1 uur, tot Sardam in de drie Swaenen te verkopen, een dubbelde Balkzagers Moolen zynde een Palstrok, genaemt de Smit, met zyn Gereedschappen, Erf, Schuure en Land, groot volgens 't maetboek ruym 657 roeden, staende en geleegen tot Westzaendam op de Pape Veersloot; benevens een extraord. party gezaegde en ongezaegde Houtwaren; breeder by Biljetten gemeld.
10-09-1795: Haarlemse Courant
S. JONGEWAARD Junior en J. van SANTEN, Makelaars, zullen op Saturdag, den 12 September, 1795, 's namiddags ten Buuren, in 't Logement den Otter te Westzaandam, presenteeren te verkoopen:
Twee extra ordinaris HOUT-ZAAGMOLENS, zynde Paltrokken, genaamd DEN EZEL en DE SMIDT;
benevens een Latten en Veeren ZAAGMOLEN, genaamd DE NOTENBOOM, alle met derzelver Schuuren, Erven Landen Gereedschappen; mitsgaders een PAKHUIS, genaamd DE ROODE LEEUW, endeszelfs Erf, twee groote Schepenmaakers-Werven, met derzelver Huizen, alles staande en gelegen te Westzaandam; alsmede een capitaale en snelzeilende BOEIJER, lang 4a voeten, en een TENTJAGT, beide met derzelver aan-en toebehooren; laatstelyk vier HOUT-SCHUITEN; alles breeder by biljetten, en in de gedrukte Notitie, by voorn. Makelaars te bekomen, gespecificeerd.
Op 24 april 1835 werd de molen het eigendom van Cornelis Farret. Enkele tientallen jaren later kwam de Smid in eigendom van de Zaandammer houthandelaar Huybert van de Stadt. Huybert van de Stadt begon in 1847 als houtzager met de paltrok “de IJsvogel”, twee jaar later breidde hij zijn zaken uit met de paltrok “de Bonsem”. Het bedrijf van Huybert van de Stadt groeide binnen korte tijd zeer sterk. In 1853 liet hij een nieuwe houtzaagmolen bovenkruier bouwen die de naam “de Zaan” kreeg. Kort daarna verwierf hij ook de paltrok “de Vergulde Hoorn” en de bovenkruier “de Liefde”. Toen van de Stadt in 1872 stierf had hij geen opvolger meer, waarna de zaken werden geliquideerd. Zeer waarschijnlijk werd de Smid toen gekocht door Jan Muusse, die met de molen een houthandel begon.
De molen werd op zaterdag 28 november 1885 getroffen door een zware storm, waarbij een roede afbrak die midden in de molen terechtkwam en grote schade veroorzaakte.
Op 14 november 1888 sloeg het noodlot toe, de Smid raakte ’s ochtends vroeg door onbekende oorzaak in brand en werd totaal verwoest. Ondanks het feit dat de molen dichtbij de bebouwing stond en gemakkelijk te bereiken was, lukte het de brandweer niet om tijdig bij de brand aanwezig te zijn. De molen was schijnbaar redelijk verzekerd, want Jan Muusse besloot tot herbouw.
Bronnen:
- “de Zaende” 2e jaargang 1947 blz. 335
- “Duizend Zaanse Molens” P. Boorsma 1968 blz. 88
- www.duizendzaansemolens.nl R. Couwenhoven
- “Zaanse molenbranden” R. Couwenhoven 2001 blz. 69
- “Engel van de Stadt, zijn voor en nageslacht” Dr. S. Hart 1951 blz. 225
- "1100 Zaanse Molens", Ron Couwenhoven 2015, blz. 41.08-09-1795: Amsterdamse courant
S. Jongewaard Junior en J. van Sante, Makelaars, zullen op Saturdag den 12 September 1795, 's namiddags ten 2 uuren, in 't Logement den Otter , te Westzaandam, presenteeren te verkoopen :
Twee extraordinaire HOUTZAAG-MOLENS, zynde Paltzrokken , genaamd DEN EZEL en DE SMID, benevens een Latten en Veeren ZAAGMOLEN, genaamd DE NOOTENBOOM, alle met derzelver Schuuren, Erven of Land en Gereedschappen ; mitsgaders ten PAKHUIS, genaamd DE ROODE LEEUW en deszelfs Erven of Land en Gereedschappen; mitsgaders een PAKHUIS, genaamd DE ROODE LEEUW en deszelfs Erve; en deszelfs Erve: en Twee Grootschepenmaakers WERVEN, met derzelver Huizen; alles staande en gelegen te Westzaandam; als mede een capitaale en snelzeilende Boeijer, lang 42 voeten, en een TENTJACHT, beiden met derzelver aan en toebehooren; laatstelijk vier HOUTSCHUITEN. Alles breeder by Biljetten, en in de gedrukte Notitie, in tyds by voorn. Makelaars te bekomen , gespecificeerd .