bouwjaar
verdwenen
1903 afkant verwijderd, 1917 geheel afgebroken
verplaatst naar
eigendomshistorie

1832: Gerrit Vaster, olymolenaar

Van 1864 tot 1901 was J.P. Santeé eigenaar

geschiedenis

Oliemolens speelden aan het eind van de vorige eeuw een belangrijke rol in het dagelijkse leven. Honderden lijnkoeken werden geslagen en verscheept naar de boer. Lijnolie was schier onmisbaar. Huisschilders, en wagen- en stelmakers konden niet zonder. De plaatselijke huisdokter fabriceerde met de olie allerlei wondermiddeltjes. Kortom afzet genoeg. Transport van en naar de molens ging veelal per water. Zo ook te Leek. Het dorp kende zelfs twee oliemolens, namelijk de in 1850 gebouwde De Twee Gebroeders en de iets oudere, in 1816 gebouwde De Eendracht, gebouwd in 1816 voor Lubbartus Jacobus Juursema.

De Eendracht was een achtkante bovenkruier, in 1816 met riet gedekt en vanaf 1831 geheel met hout bekleedt. Van 1864 tot 1901 was J.P. Santeé eigenaar van deze molen. In 1880 werd overgeschakeld op stoom, een machine van 16 pk . Toch bleef de molen tot 1903 intact. 

Vanaf 1903 tot 1912 werkte de molen alleen met stoomkracht. 
In dat jaar werd de gehele olieslagerij onttakeld.

Het achtkant van de molen verhuisde naar de Belte, Ambt Hardenberg. In 1929 ging de molen aldaar in vlammen op.

In 1917 werd het resterende gedeelte op afbraak verkocht en gesloopt.. 

De tweede oliemolen, in die tijd ook in eigendom van Santeé, was in 1902 omgebouwd tot koren- en pelmolen. In 1932 werd ook deze molen onttakeld. Wat bleef waren de foto's. Slechts weinigen zullen zich de draaiende wieken van deze molens kunnen herinneren.

jnjv; bron de Nieuwe Zelfzwichter 03 - 98 H.A. Hachmer