Een achtkante rietgedekte stellingmolen op een houten tussen- en onderstuk. Ten Bruggencate duidt deze molen ten onrechte als paltrok aan. De molen was uitgerust met drie ramen en sleden (1828). Gebouwd in 1759 voor C. ten Oever en Comp. (res.P.S.17.9.1759).

In een advertentie van 7 januari 1775 wordt genoemd: ‘de zaagmolen buiten de Kranepoort’.

Eigenaars: in 1734 is C. ten Oever begonnen met houthandel; in 1762 overdracht door J. Wolders aan S. Gockinga voor 1/4, C. ten Oever voor 1/2 en J. Wolders voor 1/4. De molen was gebouwd op 8 grazen land; in 1766 twee molens aanwezig; in 1781 overleed C. ten Oever. Latere eigenaar van de molen Arent van Olst en Comp.; familie van Calcar.

Afgebrand op 18 juni 1845, door de bliksem getroffen, eigenaars waren toen G. en G. van Calcar.

23-06-1845: Leydse courant

Gisteren namiddag is boven onze stad een verschrikkelijk onweder uitgebarsten, voorafgegaan van drukkende hitte. De eerste bliksemstraal waarop dadelijk een donderslag volgde, die de geheele stad deed daveren, stak den brand in den zaagmolen van de Heeren C. en G. van Calcar, welke tot aan de steenen fundamenten is verteerd ; ook eene aanzienlijke parlij gezaagd hout is verbrand; slechts de molen was gedeeltelijk voor brandschade gewaarborgd