De molen werd in 1845 gebouwd in opdracht van J. Zoeter en D. Voogd, op de plaats waar tot dan toe een standerdmolen had gestaan.
Tot 1952 was deze molen met drie koppel stenen zeer vaak in bedrijf voor het malen van voornamelijk consumptiegranen, daarna werd dat minder en minder.

In 1982/1984 volgde een forse restauratie, waarbij onder meer het wiekenkruis werd vernieuwd en voorzien van fokken met automatische remkleppen. Ook de stelling werd geheel vervangen. Vanaf dat moment is er ook weer geregeld gemalen.

In de praktijk draait de molen vrijwel dagelijks (behalve op zondag) en wordt op zaterdagen ook op windkracht gemalen; voor het bedrijf wordt doordeweeks gemalen met het elektrisch aangedreven 16der koppel blauwe stenen en verschillende mengapparatuur.

In 2008 werden de lange en korte schoren vervangen. In 2011 vond een niet onbelangrijke reparatie plaats aan het onderlager: dit werd, nadat de spil was gelicht, verwijderd en later vervangen door een geheel nieuw gegoten exemplaar.
In september 2012 werd de molen geheel in de steigers gezet; dit vanwege een nieuwe kapbedekking, vervanging van een deel van de middelbalk en een algehele schilderbeurt. De molen maalde evenwel op 20 oktober alweer! Eveneens snel ging het vervangen van de halssteen: dit gebeurde op 16 november en dezelfde dag werd er weer gedraaid.
Eind juni 2025 werd deze molen opnieuw object van grondig herstel: allereerst werden de roeden kaalgezet. Niet lang daarna ging de staart eraf. Op 14 juli gingen de roeden eruit, de kap van de romp (om naast de molen te worden nagekeken) en ook de complete kruiring eraf.
Het is de bedoeling dat de romp boven de stelling geheel opnieuw wordt gevoegd; staartwerk en kap worden opgeknapt; kruivloer en beide roeden worden geheel vervangen. 

Een technisch detail: bijzonder is de constructie van de lange spruit: die is niet zoals normaal één balk, maar uit twee spruitdelen, die aan beide zijden uit de kap steken. Deze delen zitten met een pen aan de voeghouten verbonden en rusten op de spantring. Ter hoogte van de spantring wordt door middel van twee schoren die aan de voeghouten zijn bevestigd, dit spruitdeel op zijn plaats gehouden.