In de OAT van de kadastrale kaart 1811-1832 worden in het overzicht van de gebouwde eigendommen op Texel (OAT07113AT01) vier windmolens genoemd met zuivere begrooting: twee korenmolens (zuivere begrooting fl 330 en fl 240), een korenmolen annex pelmolen (fl 360) en een pelmolen (fl 120). Bij de omschrijving van het perceel D1440 wordt slechts gemeld 'molen en erf'. Uit het belastbaar inkomen van fl 120 kan echter geconcludeerd worden dat dit de pelmolen betrof.

Er wordt in de geschiedenis wordt er ook vaak gesproken over een molen op 't Groentje, de ets van P. van Kuijk word daaraan gekoppeld. Het Groentje was een plek die zo heette, waar deze molen gebouwd werd, nu 'Schilderend' genaamd. De straat Keersomlaan die bij deze molenlokatie begint is vernoemd naar de laatste molenaar Keersom van De Drie Gebroeders.

06-04-1873: Heldersche en Nieuwedieper courant

 Uit de hand te koop: De opstal van een goed onderhouden PELMOLEN

geschikt tot verplaatsing. Adres: T.C. Flens, Commissionair te Texel

Op de topografische kaart van 1858 staat de molen aangegeven, in 1918 niet meer. 
MHO

13-10-1937: Texelsche Courant

De molen op het Groentje was ongeveer zestig jaar geleden gesloopt. De jongelui van Den Burg klommen bij de ladder aan de buitenkant van deze molen op wanneer het tegen kermis liep, dan konden ze vaak de kermiswagens over de Hoogeberg zien aankomen. 
Het uitzicht werd toen nl noet door huizen belemmerd.