Op 10 september 1716 werd de bouw van de molen notarieel vastgelegd door Nicolaes van der Vaart, notaris te Delfshaven.
Op die datum verschenen voor hem de heren Nicolaes Lambregtz Hugooszoon, Johannes Verhouff en Arij Bos, alle drie inwoners van Delfshaven.
De molen werd gebouwd op de Schielandse Hoge Zeedijk (thans Mathenesserdijk) waarvoor op 27 oktober 1716 toestemming werd verkregen van het Hoogheemraadschap van Schieland.
Op 14 november 1716 verschenen de eigenaren van de te bouwen molen opnieuw voor notaris van der Vaart want er kwamen twee nieuwe eigenaren bij en wel Ary Edelman en Johan Geschier.

Met de bouw van de molen was men inmiddels begonnen want de 'de heeren Burgemeesteren en regeerders der stad Delff' hadden daarvoor ook hun toestemming verleend. 

06-10-1764: akte nr 48, Veiling

Nicolaas van Overveld verkoopt een huis, erf, brandewijnbranderij en taanderij met alle toebehoren, pakhuizen en korenzolders, aan Francois (Frederik) van der Elst. Daarnaast wordt door hem aan Van der Elst enige parten verkocht in een stenen korenmolen of moutmolen, genaamd 'De Rouwketel', staande op de Schiedamsedijk.

De verkochte branderij met huis en erf, is staande en gelegen aan de oostzijde van de Schie, en strekt voor van de straat tot achter aan de halve sloot van het land van Abraham van der Kooij. Het wordt ten zuiden begrenst door Francois van der Elst, en ten noorden door Hendrik Keumel.

23-11-1779: Hollandsche historische courant

ABRAM PETERSEN, Procureur, en Mr. PETRUS VICTOR ONDERDEWYNGAART, Advocaat binnen de Stad Delft. beiden in qualiteit als by den Ed. Achtb. Gerechte der Stad Delft voornd. , gestelde Curateurs in den GECEDEERDEN BOEDEL en GOEDEREN van BERNARDUS DETERT, zulke, op HEDEN ten 23. November 1779, op 't Raadhuis op Delfshaven. ten overstaan van twee Heeren Scheepenen-Commissarissen, des nademiddags praecies ten half vier uuren, publyk Veilen:

Een zeer Welgeconditioneerde  KOORN-BRANDEWYN-BRANDERYE met deszelfs Beslagbakken , Distilleerketels, Slangevaten, Ondervaten, en verdere Gereedschappen en Ingredienten, welke tot een welgecondstitueerde Branderye werden vereischt; Mitsgaders een Hecht, Sterk en Weldoortimmiert HUIS en ERVE daar annex,- staande en geleegen aan de Oostzyde van de Oude Haven op Delfshaven ; Nog Twee Negentiende Portien  in een MOUT-MOLEN, genaamd de Rouwketel, staande en geleegen op den Hogen Zeedyk op Delfshaven voornd.. met gelyke Twee Negentiende Portier, in het HUIS en ERVE daar annex;

En eindelyk de Opstal van een TUIN of Stukje Boezem, gekegen aan de Westzyde van de Schans of Stads Veste op Delfshaven meergemeld: met deszelfs Bepotinge en Beplantinge, waar van de Grond is toebehoorende aan de Stad Delft. Alles breeder by Biljetten gespecificeerd, en op den 20. en 22. November vaneen ieder te bezigtigen. Nader onderrigtinge by voornd. Curateurs . woonende binnen de stad Delft. 

 
01-09-1859: Nieuwe Rotterdamsche courant : staats-, handels-, nieuws- en advertentieblad, 
Door een hevigen rukwind is van den molen de Liefdadigheid te Delfshaven, gisteren eene roede gebroken en naar beneden gestort, zonder echter ongelukken te veroorzaken.

De naam De Graankorrel is van 1868.

11-03-1911: Rotterdamsch Nieuwsblad
Molen 'De Graankorrel'.

Naar wij vernemen, heeft de coöperatieve broodbakkerij en verbruiksvereeniging 'Vooruitgang' aangekocht den molen 'De Graankorrel' te Delfshaven, ten behoeve van de uitbreiding van haar eigen maalbedrijf

30-12-1921: Rotterdamsch nieuwsblad

Verdwijnende molens,

De één na den ander, verdwijnen te Oud Delfshaven de windmolens, die zoo'n typisch aanzicht aan dit stadsgedeelte gaven. Thans zijn de wieken en de brug vervvijderd van den molen aan de Noord Schans. Met een nieuwe dakbedekking erop is de romp blijven staan, waar het maalbodrijf met stoomkracht wordt, uitgeoefend.