bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis

Het Vertrouwen werd in 1853 door Jan Voogd en Arie Klumpes gebouwd. Klumpes was de eigenaar van De Vier Winden in Terbregge en Jan Voogd was zijn knecht. Voogd trad in het huwelijk met een timmermansdochter van rijke komaf, waarna Klumpes Voogd het voorstel deed samen een nieuwe molen te bouwen in Delfshaven.
De molen werd later eigendom van F.A. Stroink en weer later een mouters- en branderscombinatie. Hij werd uiteindelijk verkocht aan de familie Homburg, die ook De Distilleerketel bezat.

27-07-1858: Nieuwe Rotterdamsche Courant
"Te Delfshaven werd aanmerkelijke schade toegebragt; van den molen Het Vertrouwen, is eene roede afgeslagen, waardoor echter geene ongelukken zijn veroorzaakt."

07-04-1921: Heldersche Courant
"Dinsdagmorgen vroeg is de korenmolen "Vertrouwen” aan de Schans te Rotterdam (voormalig Delfshaven) door brand vernield. In den ochtendschemer was de vuurgloed tot ver in de stad reeds zichtbaar. De brandweer wist met behulp van twee drijvende en een rijdende stoomspuit het vuur meester te worden, doch kon niet voorkomen dat de molen geheel uitbrandde. Alleen het geraamte van het gevaarte staat nog overeind. De onderkant van een der wieken vond een steunpunt op den omloop, zodat de as met het wiekensamenstel vrijwel op haar plaats is gebleven en de aangrenzende woningen behoed bleven voor het gevaar door dit acht ton zware gevaarte beschadigd te worden. De molen, een der weinig overgeblevene van tenminste een vijftal, dat vroeger aan het stadsbeeld van dit stukje Rotterdam zo’n eigenaardige bekoring gaf, werd nog steeds als windmolen geëxploiteerd door de firma wed. Jac. Homburg."
Peter van Dongen, 15 januari 2007.

 

19-04-1921: Rotterdamsch Nieuwsblad,  
De molen aan de Schans. 
Men is thans bezig den molen aan de Schans te sloopen. De dwarswiek is al weg genomen, het groote ijzeren gevaarte ligt op straat. De andere wiek staat nog recht op. Ook vertoonen zich nu scheuren in den muur aan de zijde van de Schans. Nog steeds wordt bij de ruïne politietoezicht ge houden wegens het gevaar dat de staande wiek oplevert. Men mag nog niet langs den molen de Schans passeeren. 

 

25-04-1921: Rotterdamsch Nieuwsblad,
Zaterdagmorgen vroeg, circa 5 uur begonnen werklieden toebereidselen te maken om de as van den gedeeltelijk verbranden molen aan de Schans naar om laag te laten zakken. De bedoeling was, dat - deze as langs den muur van den molen zou afglijden om dan met de punt in den bodem terecht te komen op het omheinde stuk grond aan de zijde van de 3e Schansstraat. Het resultaat werd echter geheel anders. Ongeveer kwart voor zessen stortte het 5 ton zware ijzeren gevaarte eensklaps omlaag. De punt van de as trof den muur, even boven een deur bij de balie, sloeg in die muur een gat en sprong toon over de balie — zonder deze te raken — deed nog een slag over den kop en kwam met, een geweldigen klap op den hoek van de 3e Schansstraat, neer, in twee stukken gebroken. Door den hevigen schok brak de trottoirband in stukken en ook sprong de daar ter plaatse in den grond gelegen hoofdbuis van de waterleiding. Het water stroomde over de straat. Verder werd in de rijstraat een groot langwerpig gat geslagen, zoodat Schans en 3e Schansstraat voor het rij verkeer nog gisteren afgesloten waren. De- waterleiding werd in de Schans eveneens afgesloten en de huismoeders konden het water — dat zooiets juist op Zaterdagmorgen moest plaats hebben — een paar straten verder halen, waartoe een opzetstuk op een brandkraan werd geschroefd. Evenwel de breuk in de hoofdbuis werd met grooten spoed gemaakt. De in twee stukken gebroken as werd aan de Schans langs het trottoir gelegd bij, de wieken en was Zondag het voorwerp van bespreking van vele wandelaars, die naar de molen kwamen kijken." 

 

 

 

 

Op 5 april 1921 brandde de molen uit. Onderin de molen is toen een maalderij ingericht.
De romp is scheef gezakt.
Rob Pols.

nog waarneembaar

Peperbus