De molen heette eerst De Twee Gebroeders, tegen 1800 was hij bekend als De Jonge Jan.

Opregte Haarlemsche courant, 6 februari 1821
Verkocht al worden:
Een welgelegen Houtzaagmolen, genaamd DE JONGE JAN, bevorens de Twee Gebroeders, zijnde een Bovenkruijer, met deszelfs WATER, SCHUUR, HOUTTUINEN, KNECHTSWONINGEN, SCHUITENHUIS en ERVE, staande en gelegen bij de Schans aan de Schiekade, even buiten Rotterdam, nu Gemeente van Overschie.

In 1830 staat hij als De Jonge Johannes op de kadasterkaart, "zynde een Bovenkruyer".

01-03-1844: Algemeen Handelsblad

Rotterdam, 28 Febr. Naar men verneemt is heden nacht omstreeks 1 ure in de nabijheid van Overschie, de houtzaagmolen van de Heeren Tomputte en Zoon, door den bliksem getroffen en tot den grond toe afgebrand.

29-02-1844: Rotterdamsche courant

In den afgeloopen nacht, omstreeks twaalf ure , is, gedurende een kortstondig maar hevig onweder, de bliksem geslagen in den houtzaagmolen de Jonge Jan, gelegen aan de zoogenaamde Schans, tusschen deze stad en Overschie, en is die molen, toebehoorende aan de heeren J. van Tomputte en Zonen, geheel afgebrand, zonder dat daarbij verdere ongelukken hebben plaats gehad. De molen was tegen brandschade verzekerd.