bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Het bouwjaar van de oliemolen het Geloof is niet bekend. Wel is met zekerheid te zeggen dat de molen omstreeks 1690 is gebouwd. In een citaat uit een verkoop in het jaar 1693 wordt het volgende genoemd:"Doortje Pieters Schilp verkoopt aan mr. Cornelis Ploeger c.s. een parck dijks, streckende van 't parck toecomende de molen de Kerckuijl, tot aen de nieuwe molen 't Gelooff toe". De windbrief van het Geloof werd pas op 25 juli 1696 uitgereikt aan Catrijntje Flodorp c.s., de molen was dus al een aantal jaren in bedrijf voordat men windgeld moest betalen.
Op 16 januari 1697 wordt het volgende geveild:"1/4 part in een achtkante enckelde olijmoolen genaempt het Gelooff". Hieruit blijkt dat de molen was uitgerust met één slagwerk, waarschijnlijk was het Geloof geen grote molen. Wanneer de molen is verbouwd tot verfmolen is niet bekend. In ieder geval wordt het Geloof genoemd in 1726 op de zgn. Schaatsenrijderslijst als verfmolen. De eigenaar van het Geloof was toen Hendrik van Straaten. Naast het vermalen van verfstoffen werd de molen ook gebruikt voor de bereiding van snuiftabak.
Hendrik van Straaten was ook verfmaalder met de Wormerveerder verf- en snuifmolen "de Veldmuis".
Het einde van het Geloof komt in 1825, wanneer de molen door een brand zeer zwaar beschadigd raakt. Herstel is niet meer mogelijk en in december 1826 worden de restanten van het Geloof gesloopt.

In de Zaanstreek gebeurde het vroeger wel dat een rij molens door namen met elkander verbonden waren, het Geloof was er ook zo een uit een rijtje, ten zuiden van de molen stonden nl. de oliemolens "de Hoop" en "de Liefde".


Bronnen:
"Duizend Zaanse molens" P.Boorsma 1968 blz.188
"de Zaende" 4e jaargang 1949 blz.151
"de Zaende" 6e jaargang 1951 blz.327


Informatie van F.Rol