bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
Deze molen werd gebouwd in 1844 (*).

De vier kinderen van Gerrit Cornelis Star lieten de molen met toebehoren op 17 januari 1848 verkopen. Voor ƒ 3300 werd het geheel aangekocht door Jacob Kornelis ter Veer, eigenaar van de boerderij te Zeerijp v/h Leermens, nu plaatselijk bekend Tolweg 12. Ter Veer was de eigenaar van 1853 tot 1859.

Jakob Geerts Nienhuis uit Garsthuizen kocht deze molen op 5 juli 1859 op een publieke verkoping voor ƒ 9500. Hij overleed op 3 januari 1873, nog maar 39 jaar oud. Oudste zoon Geert volgde hem op maar overleed reeds op 20-jarige leeftijd op 13 juni 1877. Daarna werd het molenaarsbedrijf voortgezet door tweede zoon Sikke, voor rekeing van zijn moeder Lammerdina Knol. Na haar dood (02-11-1918) kreeg Sikke Nienhuis de windkorenmolen met de behuizing op 3 oktober 1919 bij boedelscheiding onder de erfgenamen voor ƒ 9000 toegescheiden. Samen met zijn eveneens ongehuwde zuster Hilje heeft hij het muldersbedrijf sindsdien voortgezet.

De behuizing met korenmolen werd op 16 januari 1931 voor ƒ 9000 verkocht aan Ido Kruizinga, het eigendom ging per 1 mei 1931 over zoals te doen gebruikelijk in molenaarskringen. Sinds 1937 was de eigenaar Nijboer [brn: onbekend]. Met een verlies van drieduizend gulden verkocht Ido Kruizinga op 11 februari 1938 de behuizing met korenmolen en 37.50 are grond voor ƒ 6000 aan Roelf Bolhuis, landbouwer te Wittewierum, gem. Ten Boer.

Op 28 maart 1951 ruilde Eppe Tjaden Moedt (1921-2002), gehuwd met Aaltje Evertine Bijmolen, zijn behuizing met erf, tuin en land aan de Paauwen onder Schildwolde, gem. Slochteren, gelegen nabij het Schildmeer, in tegen de behuizing met korenmolen groot 37.50 are te Leermens van Roelf Bolhuis.

De molen werd nog hersteld in 1949. In 1950 werd de molen hersteld door molenmaker U. Holman en Zn. voor ƒ 5400, in 1952 werd het molenhuis vervangen door een nieuwe woning, in 1953 werd de molen gemoderniseerd.

Toch werd op 8-3-1956 een sloopvergunning afgegeven, waarna in het volgende voorjaar 1957 de molen werd gesloopt. Bij de sloop werden de roeden verwijderd door molenmaker Medendorp. Eén van de roeden van deze molen was met zelfzwichting uitgerust; oorspronkelijk gebruikt op de molen van Roodeschool, welke nu naar Warffum ging. De houten roede werd geplaatst op de molen
in het Openluchtmuseum te Arnhem die oorspronkelijk in Huizen heeft gestaan. Het bovenwiel met stalen hoepelvang zou zijn hergebruikt in De Havik te Grootschermer (Tenbruggencatenummer 00163 a). Staart, spruiten en schoren werden geplaatst op de molen Eva te Usquert. Het achtkant werd verwerkt tot stophout.

Alleen de sarieshut resteert nog. Plannen om deze te verplaatsen naar de molen ‘De Leeuw’ te Zeerijp (in 1926 aangekocht door Fokko Nienhuis (1887-1969), een neef van Jakob Geerts Nienhuis) zijn uiteindelijk op niets uitgelopen. Het ‘huyske’ werd in opdracht van de stichting ‘Het Woonhuismonument’ in 1986 gerestaureerd; in de voorgevel bevindt zich nog het oorspronkelijk wapen ‘Stad en Land’ zoals dat destijds door de Provincie Groningen werd aangebracht. Helaas wordt het vanaf de weg aan het oog onttrokken, aangezien het is verscholen achter de woning die aan de straatzijde staat. Twee molenstenen in de tuin van dit pand zijn de enig tastbare herinnering dat op slechts enkele meters van dat pand ooit een molen heeft gestaan.(**)

Bronnen:
- archief Van der Veen.
- Boerderijenboek 't Zandt (1989), nr. 120 op pagina 331.
- Geert Nienhuis, 20 jan. 2011.
-----

(*) Deze molen werd reeds in 1844 (!) geheel herbouwd, blijkt uit een stuk waarin 1844 als bouwjaar wordt genoemd. Dat document kreeg ik jaren geleden in handen; afkomstig uit archieven van de toenmalige gemeente 't Zandt.
Geert Nienhuis, 20 jan. 2011.
Volgens Van der Veen werd de molen in 1853 gebouwd in opdracht van Jacob K. ter Veer.

(**)NB.hier moet wel bij vermeld worden dat deze stenen niet afkomstig zijn van deze molen maar van een maalderij uit Godlinze (Sikkema).
Dit waren zogenoemde kunststenen die na uitstalling buitenshuis al binnen een paar jaar uit elkaar zijn gevallen en verwijderd.
Vrij snel na de restauratie bleek dat deze gebrekkig was uitgevoerd. De wiekenas was door de windpeluw gezakt en ramde de zwichtstelling. De gemeente 't Zandt was ondanks het verzoek van mijn vader niet bereid subsidie te verlenen voor restauratie. Hij kon de molen daarom niet meer gebruiken voor de maalderij. Omdat de molen vrij direct na de eerdere "restauratie" in zeer slechte staat verkeerde waaiden tijdens een harde wind twee zelfzwichtkleppen op het molenaarserf die mijn spelende zuster net niet raakten.
Omdat het uit veiligheidsoverwegingen niet langer verantwoord was de molen zo langer te laten staan heeft de gemeente 't Zandt uiteindelijk een sloopvergunning afgegeven.

De sarrieshut wordt momenteel door de eigenaren gebruikt als theeschenkerij. Adres eigenaar H.v.d. Bunt/A.Rollema Schatsborgerweg 2.
Klaas Moedt (zoon van de laatste eigenaar E.T. Moedt), 20 dec. 2011.