Molen Diepsmeer, Zuidermolen / Swarte Molen voorganger, Koedijk

Koedijk, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Diepsmeer, Zuidermolen / Swarte Molen voorganger
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
07049
oude dbnr.
V7049
Meest recente aanpassing
| Conversie
media-bestand
Molen 07049 Diepsmeer, Zuidermolen / Swarte Molen voorganger (Koedijk)
Detail kaart Floris Jacobsz, 1603/1607 (Nationaal Archief)

locatie

plaats
Koedijk
plaatsaanduiding
Aan de oostelijke dijk
gemeente
Dijk en Waard, Noord-Holland
plaats(en) voorheen
Oudkarspel
streek
Geestmerambacht
geo positie
X: 113170, Y: 523368
N: 52.69612, O: 4.76844

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
Scheprad
plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
binnenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Bij besluit van 18 november 1593 hebben de Staten Jonkvrouw Sabina, Gravin van Egmond, gemachtigd om de Diepsmeer (178 ha) en de Moors- of Tjaarlingermeer (42 ha) te doen bedijken. Op 4 mei 1594 sloot zij een akkoord met het Geestmerambacht over het overnemen van het polderwater. Na het bedijken van de Diepsmeer liet de polder Geestmerambacht (Tenbruggencatenummer 00787) in 1597 zijn negende molen bouwen.

Beide meren hadden een eigen bedijking, maar de Moors- of Tjaarlingermeer waterde via grondduikers af op de bemaling van de Diepsmeer.

De bedijking is in 1594 en 1595 tot stand gebracht door landsadvocaat Johan van Oldebarneveldt c.s. In zijn persoonlijk archief bevindt zich een financieel overzicht van de droogmaking. Hierover is door J.P. Geus geschreven in "De bouw van de eerste molen van de Diepsmeer", in "West-Friesland Oud en Nieuw", 54 (1987) 41-46.

De molenmaker kreeg ƒ 3000 voor zijn bouwwerk, de bouw van de molen kostte in totaal ƒ 5336. Opvallend detail is dat de kosten voor de onderbouw veel hoger lagen dan te doen gebruikelijk. Zo werden er 124.700 bakstenen gebruikt voor de fundering, ongeveer zes keer zo veel als bij de molens in de Schermer.

De molen werd ook De Swartemolen genoemd, vanwege de geteerde planken.

Vanaf 1619 wordt melding gemaakt van een tweede molen in de Diepsmeer, zie Diepsmeer, Noordermolen/ Kleine Molen, Tenbruggencatenummer 06658 t.

De molen verbrandde op 10 maart 1750 tijdens hevig onweer, met het molenhuis. Zie verder bij de opvolger.

Bronnen:
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", Mr. G. de Vries Azn., 1864.
- "De 52 watermolens van de Schermeer", H. van Zwet, in "Alkmaarse historische reeks" XII, 2004.