Molen De Reinout / De Reynout, Zaandam-West

Zaandam-West, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Reinout / De Reynout
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
oliemolen, pelmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
04910 r
oude dbnr.
V4119
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 04910 r De Reinout / De Reynout (Zaandam-West)
Foto van rond 1900 (coll. F.Rol)

locatie

plaats
Zaandam-West
plaatsaanduiding
Aan en bezuiden de Mallegatsloot ten oosten en op enige afstand van de Watering.
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Zaandam G (1) 571 Cornelis de Vries
geo positie
X: 115168, Y: 496474
N: 52.45458, O: 4.80122

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
De Reinout werd gebouwd in het jaar 1662, zijn windbrief werd op 6 januari 1663 uitgereikt aan IJsbrant Arentsz.

Op 19 november 1701 werd het volgende verkocht: "Een dubbelde olijmoolen met een hennepsaatslagh c.a. genaemt de reijnout staende ende gelegen op en bezuijden de Mallegadtsloot, met, o.a., 5 olijbakken groot ongeveer 220 aem". De molen werd die dag voor ƒ 4800 gekocht door de Amsterdammer Fransois Feber.

Uit bovenstaand stuk blijkt dat de molen was uitgerust met een extra slagwerk speciaal voor de verwerking van hennepzaad. Het hennepkoekswerk werd later gebruikt voor het slaan van lijnzaad, zodat de Reinout bij een flinke wind een behoorlijk grote productie kon maken, daar hij twee naslagen had. Ook was de Reinout een van zeven zogenaamde proef-oliemolens in de Zaanstreek. In deze oliemolens, waarvan de meeste nogal afgelegen stonden, werden proeven genomen met partijen zaad. Er werd daar gekeken naar de hoeveelheid olie die zo'n partij bevatte, en dit werd dan vergeleken met de resultaten van andere proefoliemolens. Doordat de Reinout dus met twee naslagen kon werken en omdat de molen als proefmolen functioneerde, was er een grote opslag nodig bij de molen. De molen had oorspronkelijk twee kleine schuren, maar later werd een van deze schuren vervangen door een zeer grote schuur. In deze schuur kon maar liefst 130 last zaad (1 last is 2000 kg) en 70.000 koeken (1 lijnkoek weegt 1 kilo), de oliebakken van de Reinout hadden een inhoud van 600 hectoliter.

Fransois Feber liet de molen op 3 juli 1702 tegen brand verzekeren. Later kwam de Reinout in bezit van Jan van der Linde, en bij de oprichting van het olieslagerscontract voor ladingen op 17 juni 1727, liet de weduwe van Jan van der Linde de molen opnemen in dit contract. De molen zelf werd pas op 13 januari 1769 opgenomen in het OC, de opstal van de molen was schijnbaar bij een andere verzekering aangesloten.

Tegen het einde van de achttiende eeuw werd Cornelis de Vries eigenaar van de Reinout, hij sloeg ook olie met "het Honingvat", "de Kopermolen", "de Blauwe Arend", "de Melkpot" en "de Vergilius". Een aantal van deze molens zou zeer lang blijven produceren voor de familie de Vries. Cornelis de Vries werd opgevolgd door zijn zoon Cornelis de Vries jr. Op 28 juli 1865 brak er brand uit in de molen, het vuur werd echter spoedig geblust. Cornelis de Vries ontving van het OC een bedrag van ƒ 325 als schadevergoeding.

De Reinout bleef tot 1893 in bedrijf als oliemolen. Op 2 oktober 1893 werd hij uit het OC gehaald. Daarna werd de Reinout gebruikt voor het vermalen van foerage, hiervoor werd naast het oliewerk een platte steen geplaatst in de molen. Dit werk bleef de molen uitoefenen tot 1905.

In de vroege ochtend van zondag 7 augustus 1905 raakte de Reinout door onbekende oorzaak in brand en verbrandde geheel. De laatste eigenaar van de Reinout was de firma Breeuwer & Comp.

De Reinout was vernoemd naar een van de vier heemskinderen, die voorkomen in een middeleeuwse sage. De jongste van de vier heemskinderen heette Reinout. Alle vier bereden zij het reusachtige "ros Beijaard". Het combineren van namen met molens zat de Zaankanters wel in het bloed, de pelmolen die ten oosten van de Reinout stond heette "de Rosbayer", wat een verbastering was van het ros Beijaard.
Waar de scheldnaam "de Rabbi" vandaan kwam is tot op heden niet ontdekt.

Bronnen:
- "Duizend Zaanse molens" P. Boorsma 1968 blz.103
- "Het olieslagerscontract" R. Couwenhoven 2002 blz.50/106/111
- "Gedenkboek van het olieslagerscontract" 1912
- "Zaanse windmolens" P. Boorsma 1939 blz. 170-171
F. Rol
-----

De oliemolen De Reynout in Zaandam heeft ook een pelwerk gehad.
De Reynout werd op 1 december 1768 in veiling gebracht. Er werd toen een uitgebreide inventarislijst gepubliceerd bij de veilingvoorwaarden.
Daaruit blijkt dat er nog steeds een dubbel en een enkelslagwerk in de molen stond. Voor de naslag waren 4 losbeitels, 5 slagbeitels, 22 scheijen en 5 kussens in reserve. Voor de voorslag lagen 4 losbeitels, 1 slagbeitel, 11 scheijen en 3 kussens gereed voor het geval de nood aan de man kwam.
Ook blijkt dat er pelstenen op de zolder lagen plus een aantal zeven, en er werden vijf ramen van de peldergarstharp vermeld. Ook allerlei andere gereedschappen, zoals een balans, schalen en 175 à 190 pond aan gewichten stonden op de inventarislijst. Dat waren allemaal zaken die uitsluitend in een pelmolen werd gebruikt.
Tot wanneer men met dit pelwerk heeft gewerkt, is niet bekend.
Bron: GAZ. ORA Wzn bijlage boelhuisboek NL-ZdGAZ_OA-0008_1835_0556 en 0558.jpg.
Ron Couwenhoven, 23 maart 2020.
-----

Op 26 juni 1771 werd de Reinout getroffen door een windhoos, waarbij de molen, staande op het oosten in een keer naar het westen sloeg. Drie velden van de stelling werden weggeslagen, evenals de hekkens van een roe. Delen van de stelling werden 200 voeten van de molen teruggevonden.
Bron: Leeuwarder Courant 6 juli 1771.
Erik Stoop, 26 juni 2018.

aanvullingen

trivia
Oliemolen "de Reinout", had als scheldnaam "de Rabbi", achtkante bovenkruier met schuren, te Zaandam west aan en bezuiden de Mallegatsloot ten oosten en op enige afstand van de Watering ten westen van de pelmolen "de Rosbayer".