Molen Polder Beschoot, ondermolen, Oudendijk

Oudendijk, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Polder Beschoot, ondermolen
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
02545 e
oude dbnr.
V1667
Meest recente aanpassing
| Conversie
media-bestand
Molen 02545 e Polder Beschoot, ondermolen (Oudendijk)
Ansichtkaart Serie 86, nr. 6

locatie

plaats
Oudendijk
gemeente
Koggenland, Noord-Holland
plaats(en) voorheen
Grosthuizen
streek
De Wester Koggen
kadastrale aanduiding 1811-1832
Grosthuizen A (1) 129 De Polder Beschoot
geo positie
X: 125992, Y: 513674
N: 52.60984, O: 4.95895

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
scheprad
vijzel 2,08 m Ø (va. 1844 ?)
vijzel 1,62 m Ø (va. 1873 ?)
plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
binnenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
vlucht
25,65 m (1864)<br>26 m (1894)
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
1853 verbrand en herbouwd
verdwenen
gesloopt
verplaatst naar
geschiedenis
Op 8 februari 1578 werd de bouw van de schepradmolen aanbesteed voor ƒ 2240, op 18 juni was hij klaar. De molen was even groot en sterk als de oude molen aan de Zuiderzeedijk (Tenbruggencatenummer 08615), die alleen niet meer voldeed omdat er bij hoge waterstanden op de Zuiderzee te weinig water kon worden uitgeslagen.

De Beschoter molen maalde uit op de onbedijkte Beemster, vanaf 1608 de Beemsterringvaart. Hoewel het vanwege het waterpeil niet nodig was, werd begin 1630-jaren een goede gelegenheid aangegrepen om een tweede schepradmolen (Tenbruggencatenummer 04148 a) bij te bouwen, en daarmee een tweegang te maken. Cornelis Gerritsz. van Dijcke uit Hoorn wilde twee waaltjes in de Polder Beschoot, onder Scharwoude (zie de Zuiderbraak Tenbruggencatenummer 03906 i, en de Bedijkte Waal Tenbruggencatenummer 01148 c), bedijken en droogmalen. Omdat hij het water moest uitslaan op de Polder Beschoot, kreeg hij alleen toestemming als hij geld bijdroeg voor de bouw van een tweede Beschoter molen.

Het maken van een tweegang bevorderde uiteraard de uitmaalcapaciteit aanzienlijk, bovendien gaf dit de mogelijkheid het waterpeil in de Polder Beschoot in de loop der jaren te verlagen zonder ingrijpende wijzigingen in de bemaling. De Beschoter molens maalden uit op Beemsterringvaart.

In 1844 wordt gemeld dat de ondermolen voorzien was van een vijzel, voor of in 1851 werd ook de bovenmolen vervijzeld.

Algemeen Handelsblad 17 jan. 1853:
"OUDENDIJK, 15 Jan. Het onweder, dat in den avond van den 11den dezer over Noord-Holland losbarstte, trof inzonderheid deze gemeente. Omstreeks half 10 ure, sloeg de bliksem in den benedenmolen der twee watermolens, die aan den Slimdijk staan. De knecht was bij het treffen juist bezig de molenwieken aan de stormtouwen te zetten, terwijl de molenaar, die tevens klokkenmaker is, bezig was eenig uurwerk te herstellen. De bliksem, die boven was ingekomen, was tot in het benedengedeelte en het vertrek van den molenaar doorgedrongen, waar hij op eene onbegrijpelijke wijze, als in een oogwenk, alles had door elkander geworpen. Op eens sloegen de vlammen uit, en in weinig tijds was de molen tot den grond toe afgebrand. Een vijftigtal horologies, die afzonderlijk bijeen lagen, zijn gered, doch een tiental klokken, benevens al het huisraad, is door de vlammen verteerd. De molenaar en de knecht zijn beiden, doch niet onmiddellijk doodelijk, door den bliksem getroffen; de eerste is nogtans niet buiten gevaar. ..."
Ook een molen van de Westerkogge verbrandde, zie Tenbruggencatenummer 01148 d (Erik Stoop, 25 dec. 2015).

Eind 1869 werd besloten een stoomgemaal (80 i.pk met centrifugaalpomp, opbrengst 75 m3 per minuut) te bouwen, dat in 1870 gereed kwam. Ondanks dat vanaf 1871 de windbemaling alleen nog werd ingezet in "hoogst noodzakelijke omstandigheden", gaf het bestuur in 1873 nog ƒ 3430 uit voor verbeteringen aan de molen. Zo werd op 28 mei 1873 aanbesteed "het veranderen van een molen tot uitmaling op A.P." (bron: Purmerender Courant, 14 mei 1873). Waarschijnlijk hield dat verband met de onttakeling van de bovenmolen.

In 1877 zocht het bestuur een nieuwe molenaar voor een jaarwedde van ƒ 100 en vrije woning in de molen.
Purmerender Courant, 9 mei 1883:
"Het Bestuur van den polder Beschoot vraagt ter bemaling van genoemden polder een molenaar, op een salaris van ƒ 150,-- 's jaars, met vrije woning. Men gelieve zich aan te geven vóór 20 mei 1883 bij den Heer P. Hoek Spaans, Voorzitter van genoemd bestuur te Oudendijk."

Tot in 1892 werden nog reparaties uitgevoerd, uiteindelijk werd in 1903 de molen onttakeld en in 1904 afgebroken en verkocht naar Reusel.
Het gemaal kreeg in de 20e eeuw een driecilinder dieselmotor.

Bronnen:
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", Mr. G. de Vries Azn., 1864.
- Purmerender Courant 16 sept. 1877.
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", derde uitgaaf, D. Kooiman, 1936.
- "De Veenhoop", G.J. Borger, 1975.