Molen De Jasper, Zaandam-West

Zaandam-West, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Jasper
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
oliemolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01778 c
oude dbnr.
V4105
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 01778 c De Jasper (Zaandam-West)
Aquarel: G. Mol

locatie

plaats
Zaandam-West
plaatsaanduiding
Aan en beoosten de Watering, iets ten zuiden van de Papenpadsloot.
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Zaandam G (1) 653 Evert Smit, koopman
geo positie
X: 115281, Y: 495636
N: 52.44706, O: 4.80298

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Het bouwjaar van de Jasper is nog niet achterhaald. De molen wordt voor het eerst genoemd op 26 februari 1640. Op die dag verkocht Pieter Ghysbertsz. uit Westzaandam een kwart aandeel in de oliemolen de Jasper, voor Fl.1100,- aan Barend Claesz. Bij een landverkoop in 1665 is de molen in bezit van Claes Jaspers. Bij deze landverkoop werd de molen "Pieter Jaspersmolen" genoemd. Hiermee is het meteen duidelijk hoe de molen aan zijn naam is gekomen.
(Een jasper is ook een niet meer gebruikte naam voor een mannetjesezel) Er bestaan duidelijk vermoedens dat de Jasper omstreeks 1655 grotendeels hernieuwd is. In de Veilboeken uit 1670 wordt nl. het volgende geschreven bij de veiling van de Jasper:"1 februari 1670: Cornelis Jansz. Ouwekees presenteert te vercoopen een welgeboude agtkante dubbelde olymoolen met woonhuijs en schuren out sijnde 15 jaren genaemt de Jasper versien met 2 ijseren blocken (=slagpersen) extra ordinaire goe steenen en heel gemackelijck gaende werck van binnen, daer in 1 olyback met twee enden (2 compartimenten) groot ontrent 75 aem, daer bij 30 tonnen en alles dat daertoe is gebrijckt bij Stoffel Jansz., staende aende Westsijde bij de Valdeursloot opte Watering". De molen werd gekocht door Stoffel Jansz., voor een bedrag van Fl.3910,-. Het is mogelijk dat de molen in 1655 behoorlijk is vergroot of misschien was de bouwkundige staat van de Jasper in slechte doen. Het is ook heel goed mogelijk dat er een fout in de veilingboeken is geslopen. Voorlopig is het nog niet duidelijk wat er in 1655 met de Jasper gebeurde.
Tijdens de oprichting van het olieslagerscontract voor ladingen op 17 juni 1727, treedt ook eigenaar Arent Fyn toe met de Jasper. Op dat moment draaiden ook "het Varken" en "de Vogelstruis" onder zijn beheer. De opstallen van de molen werden op 3 juni 1738 bij het OC verzekerd.
Op 20 januari 1814 koopt Evert Smit uit Koog aan de Zaan, de Jasper voor Fl.2235,- van Aafje de Vries. Evert Smit was één van de grotere olieslagers in de Zaanstreek. Over de gehele Zaanstreek verspreidt bezat hij 24 oliemolens. Naast olieslager was Smit ook een poos burgemeester van Koog aan de Zaan. Ook was hij koopman en handelaar en bezat hij plantages in de toenmalige koloniën. De Jasper blijft tot 16 september 1839 olie slaan voor Smit, dan verkoopt hij de molen aan Hendrik Willem Binkhorst.
Binkhorst was ook eigenaar van de Oostzaandammer oliemolen "de Vergilius". Hendrik Binkhorst slaat aan het experimenteren in zijn beide oliemolens. In zowel "de Vergilius" als in de Jasper wordt de laad aangepast zodat er in plaats van twee koeken, nu vier koeken tegelijk geslagen kunnen worden. Voor deze uitvinding had Hendrik Binkhorst octrooi aangevraagd en gekregen. Hoe of wat er nu precies veranderd was aan de beide molens in niet geheel duidelijk. Boorsma vermeldt in zijn boek "Zaanse windmolens" dat "de Vergilius" zijn bijnamen, "de Bloeddief" of "het Serpent", had te danken aan het systeem dat was uitgevonden door Binkhorst. Het schijnt dat de werkdruk in "de Vergilius" te hoog was en dat de olieslagers het tempo van de productie niet konden bijbenen. Boorsma vermeldde ook dat het systeem door bovengenoemde reden niet voldeed en dus weer werd verwijderd.
Ron Couwenhoven betwijfelt dat in zijn boek "het Olieslagerscontract". In 1854 werd de verzekering van zowel de Jasper als "de Vergilius" verhoogd, door de (dure) aanpassingen die waren gedaan door Binkhorst. In 1856 ging de waarde van "de Vergilius" naar Fl.10000,- en in 1859 werd ook de Jasper voor dit bedrag bij het OC verzekerd. Doordat de beide molens ook meer grondstoffen gingen verwerken, werd ook de verzekering van de lading aangepast. Deze waarden zijn nooit meer naar beneden gebracht. Vermoedelijk heeft het Binkhorst-systeem dan ook tot het einde van beide molens dienst gedaan. Als het systeem uit de molens was verwijderd zou de verzekerde waarde van de molens zeker omlaag zijn gegaan. Vreemd genoeg is de uitvinding van Binkhorst in geen enkele andere Zaanse oliemolen toegepast, volgens Binkhorst zelf had dit te maken met de grote kosten die daarmee gemoeid waren.
Hendrik Binkhorst blijft met zijn beide oliemolens tot 1869 werken. Daarna doet hij de zaken over aan zijn zoon, Lucas Binkhorst, omdat zijn gezondheid het laat afweten. De Jasper blijft wel eigendom van Hendrik Binkhorst.
Vermoedelijk werd de Jasper na het overlijden van Hendrik Binkhorst in 1873 verkocht aan Abraham Prins.
De Vergilius blijft in handen van Lucas Binkhorst. Abraham Prins verhuurde de Jasper aan de firma Van Dillewijn & Van de Stadt.
Op dinsdag 27 augustus 1878 brak om vijf uur 's ochtends brand uit in de molen terwijl er niemand aanwezig was. Doordat de paden en de bruggen te smal waren arriveerde de brandweer laat. Op dat moment staat de Jasper al in volle vlam en is blussen niet meer mogelijk. De molen brandde tot de grond toe af. Het OC keerde een bedrag uit van maar liefst Fl.32569,32, het hoogste bedrag dat ooit was uitgekeerd voor een molen en haar lading. De oliebakken van de molen bleven liggen, hierop werd een houten schuurtje gebouwd waardoor dit als oliehuis ging fungeren. Het gebouwtje werd omstreeks de 1940-er jaren gesloopt.

Bronnen:
- "250 Zaanse molens" R. Couwenhoven 2001 blz.48
- "Gedenkboek van het Olieslagerscontract" 1912
- "Het olieslagerscontract" R. Couwenhoven 2002 blz.50/70/83-86
- "Zaanse molenbranden" R. Couwenhoven 2001 blz.37-39
- "Zaanse windmolens" P. Boorsma 1939 blz.86-87
- "Duizend Zaanse molens" P. Boorsma 1968 blz.103
F. Rol.

aanvullingen

trivia
Oliemolen "de Jasper", achtkante bovenkruier met schuur, te Zaandam west aan en beoosten de Watering iets ten zuiden van de Papenpadsloot, over zijn erf loopt nu de Gaasperdamstraat. Bouwjaar onbekend, verbrand in 1878.
-----

Leidsch Dagblad, 29 aug. 1878:
"Gisteren in den vroegen ochtend barstte er brand uit in den oliemoeln "De Jasper", te Zaandam. Molen, schuren en een aanzienlijke voorraad koeken enz. zijn een prooi der vlammen geworden."