Molen Ons Genoegen, Asten

Asten, Noord-Brabant
v

korte karakteristiek

naam
Ons Genoegen
modeltype
Kantige molen, beltmolen
functie
korenmolen, oliemolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01575
oude dbnr.
V2844
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 01575 Ons Genoegen (Asten)
Fotograaf onbekend (coll. N. Sonneveld)

locatie

plaats
Asten
plaatsaanduiding
Logtenstraat
gemeente
Asten, Noord-Brabant
streek
De Peel
geo positie
X: 180325, Y: 379495
N: 51.40403, O: 5.75116

constructie

modeltype
Kantige molen, beltmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
beltmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
1938 deels afgebroken 1963 restant gesloopt
geschiedenis
In Asten stond tot 1930 een achtkante bergmolen op stenen voet.
Laatste molenaar van deze molen was Gitsels.

Eigenaar DE KLEYN uit WIJCHEN verging het slecht met de molen, heeft zich in de molen verhangen in 1933. Daarna ging de toestand van de molen snel achteruit. Gebroeders ADRIAENS, molenmakers!! hebben de molen in 1938 inwendig gesloopt en het achtkant verwijderd. In 1963 werden de laatste restanten gesloopt.

Bron: "De Oostenwind. Vijfhonderd jaar geschiedenis van de Astense molen. 1506-2006", Toon Hoefnagels, 2006.

Op 8 november 1844 kochten Johannes Eijsbouts, landbouwer, wonende te Asten, Gerard van den Eijnden, bakker, wonende te Asten en Cornelis Prinsen, brouwer, wonende te Aarle-Rixtel een afgepaald gedeelte van een perceel bouwland genaamd "den Molenberg" voor een bedrag van 50 gulden van Maria van Otterdijk, landbouwster, weduwe van Bonaventura Slaats.
Op dit afgepaald stuk werd in 1845 molen "Ons Genoegen" gebouwd.

Op 8 december 1858 overleed Cornelis Prinsen. Op 23 december 1858 vond er vervolgens een openbare verkoping plaats verleend door notaris Frederik Albert Rovers te Asten.
De molen, in de akte beschreven als wind graan en schorsmolen werd door Johannes Eijsbouts (was inmiddels ook gemeente ontvanger geworden), Gerard van den Eijnden en de kinderen van Cornelis Prinsen, met name: Petrus Prinsen, oliemolenaar, wonende te Asten, Martinus Prinsen, bierbrouwer, wonende te Aarle-Rixtel, Godefridus Prinsen, broeder in het klooster "de Heibloem", wonende te Heythuysen, Catharina Prinsen, huishoudster op het kasteel Croij onder Stiphout, Adriaan van den Hurk, molenaar, wonende te Aarle-Rixtel, gehuwd met Goverdina Prinsen en Leonardus van Schijndel, bakker, wonende te Erp, gehuwd met Clasina Prinsen openbaar verkocht voor een prijs van 6.500 gulden aan Gerard Gitzels, molenaar wonende te Venray.

Naast de windmolen "Ons Genoegen" werd in 1880 door Hendrika Reijnen, weduwe van de molenaar Gerard Gitzels, een stoommolen gebouwd.
Op 4 augustus 1900 overleed Hendrika Reijnen in Asten te overlijden. In 1901 volgde er een scheiding. Haar zoon Petrus Antonius Gitzels werd eigenaar van de stoommolen.

Op 30-08-1902 berichtte de Provinciael Noordbrabantsch en 's Hertogenbossche Courant het volgende:
ASTEN, 28 Aug. Gisteren klom een zoontje van den heer B. op den berg van Gitzels Molen. Nauwelijks was hij boven of hij kreeg een slag van de molenwieken in de zijde, die zoo onzacht aankwam, dat men opname in het Liefdegesticht noodig oordeelde, waar hem de eerste geneeskundige hulp verstrekt werd. Zijn toestand is vrij ernstig. De genademiddelen der H. Kerk zijn hem toegediend.
Ingezonden door Caroline Schaeffer, 27-05-2021

Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant, 22-07-1908
Door een molenwiek getroffen.
Men meldt ons uit Asten: Gisteren-namiddag had alhier een ernstig ongeluk plaats, het tienjarig zoontje van de wed. Kortooms, was nabij den Windmolen van S. met andere kinderen een vlieger aan het oplaten, toen het met achteruitloopen te dicht bij den molen kwam en een slag van een der wieken kreeg. De arme kleine werd bewusteloos opgenomen. Hij was aan het hoofd ernstig verwond, zoodat do hersens er uit puilden en hij zal hoogstwaarschijnlijk het leven er niet afbrengen. Gisteren-avond was hij nog altijd buiten kennis.

Op 24-09-1910 berichtte De Telegraaf het volgende:
Asten (N-Br) Een bejaarde vrouw, de wed. Timmermans, wilde naar den molen van den heer Gitsels een boodschap gaan doen en heeft toen bij het opklimmen van den molenberg een slag van een wiek gekregen, waardoor zij aan het hoofd ernstig is verwond. Onmiddellijk werd geestelijke en geneeskundige hulp ingeroepen en werd zij naar het Liefdehuis gebracht, waar zij bewusteloos werd opgenomen.
Ingezonden door Caroline Schaeffer, 3 juni 2021

In 1920 verkocht Petrus Antonius Gitzels, molenaar, wonende te Asten, zoon van Gerard Gitzels voormeldde de 'stoom'molen aan Martinus Hubertus van Roij, hotelhouder. Martinus Hubertus bleef niet lang eigenaar en verkocht de molen in 1922 aan Johannes Derks, molenaar, wonende te Asten.

Van Roij verkocht de stoommolen vervolgens weer in 1922 aan Johannes Derks, molenaar, wonende te Asten.

Johannes Derks liet in 1923 de bestemming veranderen. De stoommolen verdween en er kwam een huis en schuur voor in de plaats.
Arnout van Erp, 13 juli 2016.

Johannes Derks verkocht de molen vervolgens in 1927 aan Gerardus Johannes Eetgerink, landbouwer, wonende te Asten. Gerardus Johannes verkocht de molen in 1930 aan Carolus Johannes Leenen, boomkweker, wonende te Asten.

Carolus Johannes Leenen liet de molen vervolgens in 1931 voor een groot gedeelte slopen. Het perceel veranderde van een windgraanmolen en erf, in een bergplaats en erf.
De laatste restanten van de molen werden in 1963 gesloopt.

Informatie van Arnout van Erp, 14 juli 2016