Molen Wester bovenmolen / Molen van Siemen Koning, Starnmeer

Starnmeer, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Wester bovenmolen / Molen van Siemen Koning
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
00309 b
oude dbnr.
V1653
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 00309 b Wester bovenmolen / Molen van Siemen Koning (Starnmeer)
Ansichtkaart Serie 90nr5, rechts de ondermln
(uitsnede van de 4e foto, St.Lev.Mlns, Roosendaal©)

locatie

plaats
Starnmeer
plaatsaanduiding
aan het Noordhollands kanaal, tegenover Oost-Graftdijk.
gemeente
Alkmaar, Noord-Holland
streek
Starnmeer
kadastrale aanduiding 1811-1832
Graft E (1) 37 De Polder Starnmeer
geo positie
X: 115690, Y: 506744
N: 52.54691, O: 4.80769

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
vijzel 1,80 m Ø (sinds 1745)
plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
binnenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
vlucht
24,10 m (1864)<br>24,60 m (1894)
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
De Wester bovenmolen van de Starnmeer

Molenaar waren:
Dirk Wijbrants Kantvoet
weduwe Grietje Kantvoet tot 23 juli 1729
vanaf 1729 Gerrit Bril

In de zomer van 1745 kreeg de molen een vijzel.
In 1759 werd de vijzel en de bak vernieuwd.

In november 1919 werd de molen gesloopt.
-----

Beide molens werden in 1912 stilgezet.
Bovenmolen opgeknapt in 1915. Beide molens weer in bedrijf 1914-1918.
In 1919 definitief stilgezet en gesloopt in 1921.
Fred Oudejans.


De Starnmeer

Met de droogmaking van de Starnmeer werd begonnen in het jaar 1642. De Starnmeer was een middelgroot meer dat vroeger een verbinding vormde tussen het Schermermeer en het Beemstermeer. De Starnmeer grenst in het noorden aan het Schermereiland, in het oosten aan de Beemster, in de zuid aan de polder Wormer, Jisp en Neck en in het westen aan het eiland De Woude. De oppervlakte van de polder bedraagt 575 hectare. Starnmeer is waarschijnlijk een verbastering van ‘Sterremeer’, het eigenlijke meer had de vorm van een ster.
Binnen de Starnmeer bevonden zich twee aparte polders. De ene was de Markerpolder, een polder van 185 hectare met het dorp Marken-binnen, welke werd bemalen door de poldermolen “de Spin”. De andere was het Kamerhop, een polder van 46 hectare.
De plannen voor het droogmaken van de Starnmeer stammen uit het jaar 1628 en werden geopperd door de regenten van het dorp De Rijp dat ten noorden van het meer lag. Een ontwerp voor de droogmaking werd gemaakt door Jan Adriaansz. Leeghwater, die ook in meer of mindere mate betrokken was bij de drooglegging van de grote Noord-Hollandse meren de Purmer, de Schermer en de Beemster. Met de bedijking van de Starnmeer ontstond ook de kleine polder het Kamerhop, doordat de stad Alkmaar had bedongen dat er een vaart moest komen tussen Spijkerboor en West-Graftdijk.
De drooglegging van de Starnmeer gebeurde met zes molens, het Kamerhop kreeg één molen.
Op 13 april 1641 werd het volgende aanbesteed, “2 groote agtcante schepradwatermolens” en op 6 mei van dat jaar “2 groote agtcante vijzelmolens”. De eerste twee molens werden later toch als vijzelmolens gebouwd. Het daadwerkelijke bouwjaar van de vier molens was 1642.
Verder werd er nog een keer van de oorspronkelijke aanbesteding afgeweken, de meest zuidelijke molen van de polder, die aan het einde van de Middelweg stond was een van elders afkomstige wipmolen met een vijzel.
De zes Starnmeermolens werden gebouwd aan de oostkant en de noordkant van de polder. Twee molens werden geplaatst tegenover het dorp Oost-Graftdijk, de noordermolens. De vier andere molens lagen in de buurt van de latere Knollendammer Vaart op grondgebied van de gemeente Jisp. De vier Starnmeermolens begonnen in de herfst van 1642 te malen en op 27 augustus 1643 viel de Starnmeer droog. In datzelfde jaar nog kreeg het Kamerhop zijn molen.
In het jaar 1647 werden er twee vijzelmolens bijgebouwd in de Starnmeer, dit waren de twee molens die ten zuiden van het Kamerhop lagen. Schijnbaar hadden de vier molens gezamenlijk niet genoeg capaciteit.
De molen van het Kamerhop werd gesloopt in het jaar 1734. In dat jaar werd er een duiker onder de vaart naar Alkmaar aangelegd, waarna de zes Starnmeermolens voortaan ook de bemaling van het Kamerhop voor hun rekening namen. Dit duurde tot de aanleg van het Noord-Hollands Kanaal omstreeks 1823. Voor de aanleg van dit Kanaal werd gebruik gemaakt van de vaart naar Alkmaar, waarna de duiker niet meer bruikbaar was. Hierdoor kreeg het Kamerhop in 1823 weer een eigen molen, een achtkante bovenkruier met vijzel.
In 1827 werd de wipmolen, die ook wel de Ruige- of de Saendermolen heette, gesloopt.
In 1873 kreeg de Starnmeer een stoomgemaal. Dit stoomgemaal werd vlak bij de twee molens aan de Noorddijk geplaatst, tegenover Oost-Graftdijk.
Twee jaar later, nadat alle kinderziektes overwonnen waren, werden drie van de vijf resterende molens gesloopt. De twee bovenmolens aan de Oostdijk, de Zuidooster en de Noordooster bovenmolen werden door de Oostzaner molensloper Jacob de Boer voor ƒ 1540,- gekocht en gesloopt. Ook de Noordooster ondermolen verdween in dat jaar. De twee molens aan de Noorddijk, de Noorder boven- en ondermolen, bleven naast het stoomgemaal nog in bedrijf. Ook het Kamerhop behield zijn molen.
Omstreeks 1910 werden de beide overgebleven Starnmeermolens definitief stilgezet. Dit duurde echter niet lang, want met het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog ontstond er grote brandstofschaarste. Het stoomgemaal kwam toen tot stilstand en de twee molens werden weer in gebruik genomen. Na het einde van de oorlog werd naast het stoomgemaal een elektrisch gemaal geplaatst. Hiermee kwam het einde van de Starnmeermolens in zicht. In november 1919 werden de beide molens aan de Noorddijk gesloopt.
Het stoomgemaal bleef als reserve functioneren bij het elektrisch gemaal, in 1946 werd het stoomgemaal geëlektrificeerd.
De molen van het Kamerhop bleef tot 1923 in bedrijf, daarna werd de molen gedeeltelijk afgebroken en voorzien van een motor. De molenstomp is tot vandaag de dag nog aanwezig.

Bron: “Molens te Jisp” J. Klopper 1992 blz. 98-110.
F. Rol, Zaandijk.

aanvullingen

trivia
Thans gemeente Graft-De Rijp, v/h gemeente Jisp

De Wester bovenmolen van de Starnmeer, te Starnmeer aan het Noordhollands Kanaal, tegenover Oost-Graftdijk.
-----

Volgens een advertentie in de Purmerender Courant van 23 nov. 1884, zou het bestuur van de Starnmeer op 3 december aanbesteden "Het vernieuwen, herstellen en onderhouden van 3 WATERMOLENS, benevens het verrichten van alle binnen en buitenwerken van bovengenoemd Waterschap, gedurende een tijdvak van drie jaren."

Een soortgelijke aktie werd aangekondigd voor 19 december 1887 (P.C. 4 dec.), maar dan voor een tijdvak van één jaar.